Poetry International Poetry International
Gedicht

Justyna Bargielska

A BEAUTIFUL MILLERESS

Yesterday I was walking across the desert,
already in the dark, and something
growled at me quietly. A sensation
not just any, of warmth, M.
 

The fear like from an old book: she’s afraid that she can become a panther
and she’s not turned on by it at all, because what does a panther do? Can a panther
not close her mouth for a picture, can she go to bed in her new shoes?
When a panther looks at bread, it goes stale, that’s her gift.
A milleress also has a cool gift, to reanimate meat.
 
But she’d like to have one thing from a panther: when someone comes and says
a train that exists only on schedule has just left, she’d like to be able
to say oh, has it? And not try to eat the sun to stop it from setting.

DE MOOIE MOLENAARSTER

Gisteren liep ik door de woestijn,
het was al donker, iets gromde
zachtjes tegen me. Best wel
heftig, hartelijks, M.
 
De angst als uit een oud boek: ze is bang dat ze een panter kan worden
en dat windt haar allesbehalve op, want wat doet een panter? Kan een panter
haar mond niet dicht doen voor de foto, met nieuwe schoenen aan gaan slapen?
Een panter maakt brood waar ze naar kijkt oud, dat is haar gave.
Een molenaarster heeft ook een prima gave, ze brengt vlees tot leven.
 
Maar één ding zou ze van de panter willen hebben: als iemand komt en zegt
de trein die alleen in de dienstregeling bestaat is net vertrokken, kunnen
zeggen o ja? En niet proberen de zon op te eten om haar niet onder te laten gaan. 

PIĘKNA MŁYNARKA

Wczoraj szedłem przez pustynię,
już po ciemku, i coś na mnie
zawarczało z cicha. Wrażenie
nie byle jakie, serdeczności, M.
 

Lęk jak ze starej książki: ona się boi, że może stać się panterą
i wcale jej to nie podnieca, bo co robi pantera? Czy pantera może
nie zamykać ust do zdjęcia, czy może iść spać w swoich nowych butach?
Pantera czerstwi chleb, na który spojrzy, ma taki dar.
Młynarka ma dar też fajny, że ożywia mięso.

Ale jedno chciałaby mieć z pantery: gdy ktoś przychodzi i mówi
pociąg, który istnieje tylko w rozkładzie, właśnie odszedł, umieć
powiedzieć ach, tak? A nie próbować zjeść słońce, żeby nie zaszło.
Close

DE MOOIE MOLENAARSTER

Gisteren liep ik door de woestijn,
het was al donker, iets gromde
zachtjes tegen me. Best wel
heftig, hartelijks, M.
 
De angst als uit een oud boek: ze is bang dat ze een panter kan worden
en dat windt haar allesbehalve op, want wat doet een panter? Kan een panter
haar mond niet dicht doen voor de foto, met nieuwe schoenen aan gaan slapen?
Een panter maakt brood waar ze naar kijkt oud, dat is haar gave.
Een molenaarster heeft ook een prima gave, ze brengt vlees tot leven.
 
Maar één ding zou ze van de panter willen hebben: als iemand komt en zegt
de trein die alleen in de dienstregeling bestaat is net vertrokken, kunnen
zeggen o ja? En niet proberen de zon op te eten om haar niet onder te laten gaan. 

A BEAUTIFUL MILLERESS

Yesterday I was walking across the desert,
already in the dark, and something
growled at me quietly. A sensation
not just any, of warmth, M.
 

The fear like from an old book: she’s afraid that she can become a panther
and she’s not turned on by it at all, because what does a panther do? Can a panther
not close her mouth for a picture, can she go to bed in her new shoes?
When a panther looks at bread, it goes stale, that’s her gift.
A milleress also has a cool gift, to reanimate meat.
 
But she’d like to have one thing from a panther: when someone comes and says
a train that exists only on schedule has just left, she’d like to be able
to say oh, has it? And not try to eat the sun to stop it from setting.
Sponsors
Gemeente Rotterdam
Nederlands Letterenfonds
Stichting Van Beuningen Peterich-fonds
Prins Bernhard cultuurfonds
Lira fonds
Versopolis
J.E. Jurriaanse
Gefinancierd door de Europese Unie
Elise Mathilde Fonds
Stichting Verzameling van Wijngaarden-Boot
Veerhuis
VDM
Partners
LantarenVenster – Verhalenhuis Belvédère