Poetry International Poetry International
Gedicht

Sinéad Morrissey

THROUGH THE SQUARE WINDOW

DOOR HET VIERKANTE RAAM

In mijn droom zijn de doden gekomen
om de ramen van mijn huis te lappen.
Er zijn geen jaloezieën om ze te stoppen.

Boven het grote meer hangen de wolken gestapeld
zoals de wolken gestapeld hangen boven Delft:
met de verzadigde glans van wolken boven water.

De hoofden van de doden zijn enorm. Ik vraag me af
of ze het op mijn zoon hebben gemunt, zijn vloeiende
adem, zijn wimpel van jaren –

maar hij slaapt ongemoeid verder in zijn bedje
als was hij, van nature, immuun
voor het sluizen, het beuken en kaatsen van glas

dat dit glanzend exterieur aflevert . . .
Eén blauwe jongen omklemt een vod met zijn tanden
tussen twee ruiten, als een illusionist.

En dan, zo plotseling als ze zijn gekomen
verdwijnen ze. En er resteert een horizon
vanwaar alleen de wolken naar binnen schijnen.

de verzamelde baldakijnen van Hazelbank,
de afgesneden punt van het Strangford-schiereiland
en in de kamer een zware, verstikkende lucht

totdat ik wakker word, plat op mijn rug met een kurk
in mijn mond, als was ik een fles met het middel
van een kruidendokter tegen waterzucht.

THROUGH THE SQUARE WINDOW

In my dream the dead have arrived
to wash the windows of my house.
There are no blinds to shut them out with.

The clouds above the Lough are stacked
like the clouds are stacked above Delft.
They have the glutted look of clouds over water.

The heads of the dead are huge. I wonder
if it's my son they're after, his
effortless breath, his ribbon of years –

but he sleeps on unregarded in his cot,
inured, it would seem, quite naturally
to the sluicing and battering and paring back of glass

that delivers this shining exterior . . .
One blue boy holds a rag in his teeth
between panes like a conjuror.

And then, as suddenly as they came, they go.
And there is a horizon
from which only the clouds stare in,

the massed canopies of Hazelbank,
the severed tip of the Strangford Peninsula,
and a density in the room I find it difficult to breathe in

until I wake, flat on my back with a cork
in my mouth, bottle-stoppered, in fact,
like a herbalist's cure for dropsy.
Close

DOOR HET VIERKANTE RAAM

In mijn droom zijn de doden gekomen
om de ramen van mijn huis te lappen.
Er zijn geen jaloezieën om ze te stoppen.

Boven het grote meer hangen de wolken gestapeld
zoals de wolken gestapeld hangen boven Delft:
met de verzadigde glans van wolken boven water.

De hoofden van de doden zijn enorm. Ik vraag me af
of ze het op mijn zoon hebben gemunt, zijn vloeiende
adem, zijn wimpel van jaren –

maar hij slaapt ongemoeid verder in zijn bedje
als was hij, van nature, immuun
voor het sluizen, het beuken en kaatsen van glas

dat dit glanzend exterieur aflevert . . .
Eén blauwe jongen omklemt een vod met zijn tanden
tussen twee ruiten, als een illusionist.

En dan, zo plotseling als ze zijn gekomen
verdwijnen ze. En er resteert een horizon
vanwaar alleen de wolken naar binnen schijnen.

de verzamelde baldakijnen van Hazelbank,
de afgesneden punt van het Strangford-schiereiland
en in de kamer een zware, verstikkende lucht

totdat ik wakker word, plat op mijn rug met een kurk
in mijn mond, als was ik een fles met het middel
van een kruidendokter tegen waterzucht.

THROUGH THE SQUARE WINDOW

Sponsors
Gemeente Rotterdam
Nederlands Letterenfonds
Stichting Van Beuningen Peterich-fonds
Prins Bernhard cultuurfonds
Lira fonds
Versopolis
J.E. Jurriaanse
Gefinancierd door de Europese Unie
Elise Mathilde Fonds
Stichting Verzameling van Wijngaarden-Boot
Veerhuis
VDM
Partners
LantarenVenster – Verhalenhuis Belvédère