SOMETIMES YOU MEET SOMEONE

This morning I found our
cat sleeping happily curled up
in the washing basket.
A sleeping paw over her head,
two white back paws
completing the circle.

A cat is its own bed,
own house, party, religion, movement, union.
A cat is a perfectly irresistable word of fur.

People aren’t like this.
People are road signs on the bottom of an ocean
dreamed in words.
People are empty.
People are “For Sale”.
People are dead-end streets.
People take what they can take.
People flitter like moths around a long-ago moon.
They can’t help themselves.

Cats come and live with people only
when they’re tired, thirsty or hungry.

People have been wondering for centuries about cats.

Housecats eat their people
only when they are already dead.

Sometimes you meet someone who is just like a cat.

You find the meaning of your life
in the sound of her name.
You run hand-over-foot after her perfume,
but when you get her
her eyes change
your hands into shooting ranges
your tongue into sand.

She disappears like darkness in the night.

The only thing that remains
is an outside line of emptiness –
a wisp of smoke
brown marbling on a piece of white paper
wedding ring in your drawer.

SOMS ONTMOET JE IEMAND

Vanochtend onze kat zalig
opgerold aangetroffen in de wasmand.
Een slapende poot over haar kop,
twee witte achterpoten
cirkel voltooid.

Een kat is zijn eigen bed,
eigen huis, partij, geloof, beweging, verbond.
Kat is een volstrekt onverstaanbaar woord van pels.

Mensen zijn anders.
Mensen zijn verkeersborden op de bodem van de oceaan
gedroomd uit woorden.
Mensen staan leeg.
Mensen zijn ‘Te Koop’.
Mensen zijn een doodlopende straat,
Mensen pakken wat ze krijgen kunnen.
Mensen fladderen als nachtvlinders om een maan van lang geleden.
Ze kunnen er niets aan doen.

Katten komen alleen in mensen wonen
als ze moe zijn, er de lust toe voelen of honger hebben.

Katten fascineren mensen al eeuwen lang.

Huiskatten eten hun baasjes
alleen als ze dood zijn.

Soms ontmoet je iemand die op een kat lijkt.

Je ontdekt de betekenis van je leven
in de klank van haar naam.
Je loopt op handen en voeten achter haar parfum aan,
maar als je haar nadert
veranderen haar ogen
veranderen je handen in schietgebedjes
verandert je tong in zand.

Ze verdwijnt als het donker in de nacht.

Het enige wat er van je overblijft
zijn de contouren van een leemte –
een kringetje rook
bruine koffiekring op een witte bladzij
trouwring in je la.

SOMS ONTMOET JY IEMAND

Vanoggend ons kat salig
opgekrul in die wasgoedmandjie gekry.
Een slapende poot oor haar kop,
twee wit agterpote
sirkel voltooi.

’n Kat is sy eie bed,
eie huis, party, geloof, beweging, verbond.
’n Kat is ‘n perfek onverstaanbare woord van pels.

Mense is nie so nie.
Mense is padtekens op die bodem van ’n oseaan
gedroom van woorde.
Mense staan leeg.
Mense is ‘Te Koop’.
Mense is ’n doodloopstraat.
Mense vat wat hulle kan kry.
Mense fladder soos motte om ’n maan van lank gelede.
Hulle kan hulself nie help nie.

Katte kom woon net in mense
wanneer hulle moeg, lus of honger is.

Mense wonder al eeue lank oor katte.

Huiskatte eet hulle mense
net wanneer hulle mense reeds dood is.

Soms ontmoet jy iemand wat nes ’n kat is.

Jy vind die betekenis van jou lewe
in die klank van haar naam.
Jy hardloop hande-viervoet agter haar parfuum aan,
maar as jy haar kry
verander haar oë
jou hande in skietgebede
jou tong in sand.

Sy verdwyn soos donker in die nag.

Al wat van jou oorbly
is die buitelyne van ’n leemte –
’n kringetjie rook
bruin koffiering op ’n wit bladsy
trouring in jou laai.