Gedicht
Martín Gambarotta
THE ETHIOPIAN SON
/They don’t want to see you spin
a globe at full speed
to stop it dead with your index finger or
then have to put up with seeing you theorize
with the brains your flaming skull guards
about a country picked out by chance, you could
say straight out that they don’t want to see you
seal a pact with the toughness of the nut
that all men carry inside them
you could say that they don’t even want to see you
but it’s not that, sweet little bastard, it’s not that
let’s see if you get it once and for all
what they want is to see you dead.
/
Mauro Silva’s with his chick
In a Brazilian hovel
They smoke a joint to celebrate
The death of the novel.
/
I strummed the strings of my satirical sitar
until an incurable headache began
to dance to the rhythm of a nasty little waltz
on the lid of my brains, turning my
cerebellum into mush like that of a
senator whose head falls into
his plate of spaghetti. I strummed
I strummed that sitar, but I swear
by my days as a Rastafarian
that this will never happen again.
/
Here come the Ethiopians with their ruined parkas, the sellotape
sellers, the serenade tamers, the race of
the Arielas with necklaces
after playing games of Super Mario
here they come, they’re at twenty paces,
no, I lie, it’s twenty-five paces
at twenty-two paces they stop
to give a deserved welcome to August
here come the, the, the, after they
sha-sha-sha-shake
from the boulevards, the prefectures, the citadels,
tuning radios to get their courage up
with filthy audio blaring they’re at fourteen paces
no, I lie, they must be at about nine paces, here
come the jaguars after the season,
they’re at three paces, no I lie
they’re here.
/
I’m the new elegant
Though I don’t look brilliant
I’ve got the talent
I may seem distant
But I’m bien-pensant
I love John Frusciant-e
Wait for me a moment
To the front to the front
Like the commandant
I don’t need no grant
To feel important
You can hear it in the amp’.
/
To fall in the sharp fingers of a shivering
fever, fine, fluorescent like the orange
needle on the speedometer
to stay in the strangeness, ultra-altered
by the repetitive hours and their stupid repet
ti-ti-ti-ti-ti-ti-ti-ti-ti-ti-ti-ti-ti-tion.
/
Some say Südamerika
some say South America others
say Sur América others say
Sud-Americaine.
/
The money burnt in the hands or the
hands were burning money
the sequencers gave off a pulse
walls of couplings, the algebraic
formulae served incongruity
in quantities fit for Pantagruel, the mummies
coughed up their disgust.
The syrup was mixed with syrup
the bread was made with bread
they founded whole cities
where there were already cities
the cruelty was mathematic
or the mathematics was cruelty
quadrupled by its cold.
March’s comrades didn’t want to
see me again, they asked each other what happened
to the chimpanzee who smoked in the film
the Mapocho ran like a river of beer
shifting anything in its way
under the same intact sky it was all a boxing match.
/
That cart pulled by an ox
Carries us two
That black syrup
Won´t fix the flu
And this little red
Book is for you.
/
Assuming I was done I climbed
onto the two-wheeled carriage pulled by an ox
to look for the burning star from which I came.
I took Route 1, I took Route 2,
I followed the constellation of the dirty swans
leaving behind buildings, casting
blasphemies at the heavens in several tongues.
In a crystalline lagoon I stopped
to wash my brain.
/
The Ethiopian son is the fruit of the black fig tree that child is
Ethiopian fruit, the most Ethiopian fruit
of the fig tree, I must let him be Ethiopian
or I must not let him be Ethiopian, I must manage him
or not manage him, I must leave him
the option, I must not leave him it, the unmanageable
option, the unreal option
the correctional option…
/
Who threw in the towel
Who licked the oven from top to toe
Who built the barrier
Who got here asking
Who stays and who goes.
/
All the lions in the world
fit in a football ground.
© Translation: 2014, Ben Bollig
DE ETHIOPISCHE ZOON
Ze willen je niet op volle snelheid
een wereldbol zien laten draaien
die je met je wijsvinger plots stilzet en
dan moeten toezien hoe je theoretiseert
met je hersenpan in vuur en vlam
over een per toeval aangewezen land, je zou kunnen
zeggen dat ze eenvoudigweg niet kunnen aanzien
dat je een verbond sluit met de hardheid van de noot
die elke man in zich draagt,
je zou kunnen zeggen dat ze je nooit meer willen zien
maar dat is niet zo, kleine etterbak, dat is niet zo
eens kijken of je het nou eindelijk begrijpt
ze zouden je maar al te graag dood zien.
/
Mauro Silva rookt een stickie
een wereldbol zien laten draaien
die je met je wijsvinger plots stilzet en
dan moeten toezien hoe je theoretiseert
met je hersenpan in vuur en vlam
over een per toeval aangewezen land, je zou kunnen
zeggen dat ze eenvoudigweg niet kunnen aanzien
dat je een verbond sluit met de hardheid van de noot
die elke man in zich draagt,
je zou kunnen zeggen dat ze je nooit meer willen zien
maar dat is niet zo, kleine etterbak, dat is niet zo
eens kijken of je het nou eindelijk begrijpt
ze zouden je maar al te graag dood zien.
/
Mauro Silva rookt een stickie
met een chickie uit de slums.
Ze vieren de dood van de roman.
/
/
Ik tokkelde op de snaren van mijn satirische citer
tot een onverbiddelijke hoofdpijn
op de maat van een onzalig walsje
op mijn schedeldak begon te dansen en
mijn hersenen tot moes stampte zoals die van
een senator wiens hoofd
in zijn bord spaghetti valt. Ik tokkelde
en tokkelde op die citer tot, maar ik zweer
op mijn dagen als rastafari
dat het niet nog eens zal gebeuren.
/
Daar komen ze, de Ethiopiërs met hun kapotte parka’s, de jaloezie-
verkopers, de serenadetemmers, het geslacht
de Ariela’s met hun kettinkjes
na een spelletje SuperMario
daar komen ze, nog twintig stappen
nee, niet waar, nog vijfentwintig stappen
op tweeëntwintig stappen stoppen ze
om augustus gepast welkom te heten
daar komen ze de, de, de, na de
agit agit agit agitatie
vanaf de boulevards, uit de bureaus, de citadels
ze stemmen hun radio’s af om moed te vatten
met alles overstemmende audio nog veertien stappen
agit agit agit agitatie
vanaf de boulevards, uit de bureaus, de citadels
ze stemmen hun radio’s af om moed te vatten
met alles overstemmende audio nog veertien stappen
nee, niet waar, zo’n negen zullen het er zijn, daar
komen ze, de jaguars na het hoogtij
komen ze, de jaguars na het hoogtij
nog drie stappen, nee echt waar
ze komen eraan.
/
Ik ben nieuw en elegant
al lijk ik niet briljant
ik ben wel charmant
soms bewaar ik afstand
maar ik ben niet arrogant
ik ben fan van John Frusciante
wacht eventjes, want
aandekant aandekant
net als de commandant
net als de commandant
voor mij geen helpende hand
ik voel me toch wel important
de boxen bonzen ervan.
de boxen bonzen ervan.
/
In de kille handen vallen van een
kouwelijke koorts, vlijmend en vlammend als de oranje
naald van een snelheidsmeter
verdwalen in de vreemdheid, ultra ontregeld
door de repeterende uren en hun dwaze repeti
ti-ti-ti-ti-ti-ti-ti-ti-ti-ti-ti-ti-ti-tiviteit.
/
Sommigen zeggen Südamerika
anderen zeggen South America sommigen
zeggen Sur América anderen noemen haar
Sud-Americaine.
anderen zeggen South America sommigen
zeggen Sur América anderen noemen haar
Sud-Americaine.
/
Het geld brandde in de handen of de
handen waren brandend geld
de sequencers produceerden pulsen
muren van rondzingend geluid, de algebraïsche
formules serveerden incongruentie
in pantagruelische hoeveelheden, de mummies
braakten van walging.
Siroop werd gemengd met siroop
brood werd bereid met brood
er werden steden gesticht
waar al steden waren
wreedheid was wiskundig
of wiskunde was wreedheid
verviervoudigd door haar kou.
/
De vrienden van March wilden me niet meer
zien, ze vroegen zich af wat er gebeurd was
met de chimpansee die rookte in de film
de Mapocho stroomde als een rivier van bier
en ontwrichtte alles wat hem de weg versperde
onder eenzelfde heldere hemel was alles handgemeen.
/
Deze ossenkar
is bedoeld voor ons twee
deze zwarte siroop
is geen panacee
en dit roodgekafte
boekje geef ik je mee.
/
In de veronderstelling dat het met me gedaan was
klom ik op de tweewielige ossenkar,
op zoek naar de caustische ster waar ik vandaan kom.
Ik nam route één, ik nam route twee,
volgde het sterrenbeeld van de vieze zwanen,
liet de gebouwen achter me en richtte me
vloekend tot de hemel in meerdere talen.
Bij een kristalhelder meer hield ik stil
om mijn hersens te spoelen.
klom ik op de tweewielige ossenkar,
op zoek naar de caustische ster waar ik vandaan kom.
Ik nam route één, ik nam route twee,
volgde het sterrenbeeld van de vieze zwanen,
liet de gebouwen achter me en richtte me
vloekend tot de hemel in meerdere talen.
Bij een kristalhelder meer hield ik stil
om mijn hersens te spoelen.
/
Een Ethiopische zoon is zo’n vrucht van de zwarte vijgenboom
mijn zoon is zo’n Ethiopische vijg, mijn zoon is de meest
Ethiopische vijg onder de zon, moet ik hem Ethiopiër laten zijn
of moet ik dat niet, moet ik met hem onderhandelen
of moet ik dat niet, moet ik hem
de keus laten of moet ik dat niet, de onhandelbare
keus, de onvoorstelbare keus
de corrigerende keus…
mijn zoon is zo’n Ethiopische vijg, mijn zoon is de meest
Ethiopische vijg onder de zon, moet ik hem Ethiopiër laten zijn
of moet ik dat niet, moet ik met hem onderhandelen
of moet ik dat niet, moet ik hem
de keus laten of moet ik dat niet, de onhandelbare
keus, de onvoorstelbare keus
de corrigerende keus…
/
Wie vond de druiven te zuur
wie hield zijn tong in het vuur
wie o wie bouwde de muur
wie kwam er hier om te vragen
of hij bleef of werd weggestuurd.
/
Alle leeuwen van de wereld passen
in een voetbalstadion.
© Vertaling: 2014, Bodil Kok
EL HIJO ETIOPE
/No quieren verte hacer rotar
a toda velocidad un globo terráqueo
para detenerlo en seco con el índice ni
después soportar tener que verte teorizar
con los sesos que atesora tu testa en llamas
sobre un país señalado al azar, se podría
decir que directamente no pueden verte
sellar un pacto con la dureza de la nuez
que todo hombre lleva adentro
se podría decir que no quieren ni verte
pero no es así, dulce cabroncito, no es así
a ver si lo entendés de una buena vez
lo que quieren es verte muerto.
/
Mauro Silva fuma una vela
con una gurisa de la favela.
Festejan la muerte de la novela.
/
Rasgué las cuerdas de mi cítara satírica
hasta que una cefalea irremediable se puso
a bailar al compás de un valsecito nefasto
sobre la tapa de mis sesos, dejándome
el cerebro hecho papilla como el de un
senador al que se le cae la cabeza
en su plato de espaguetis. Rasgué
rasgué esa cítara, pero juro
por mis días en el rastafarianismo
que esto no volverá a suceder.
/
Acá vienen los etíopes de parkas estropeadas, los vendedores
de celos, los amansadores de serenatas, la estirpe
las Arielas con gargantillas
después de jugar partidas de SuperMario
acá vienen, están a veinte pasos
no, miento, están a veinticinco pasos
a unos veintidós pasos se detienen
para darle debida bienvenida a agosto
acá vienen las, las, las, después de
agit agit agit agitarse
desde los bulevares, las prefecturas, las ciudadelas
sintonizando radios para darse coraje
con audio infesto sonando están a catorce pasos
no, miento, deben estar a unos nueve pasos, acá
vienen los jaguares después de la temporada
están a tres pasos, no miento
están llegando.
/
Soy un nuevo elegante
aunque no parezca brillante
tengo talante
puedo parecer distante
pero es que soy pensante
admirador de John Frusciante
aguardame un instante
palante palante
como el comandante
no necesito auspiciante
para sentirme importante
eso late en el parlante.
/
Caer en las afiladas manos de una fiebre
friolenta, fina, fluorescente como la aguja
naranja de un velocímetro
quedar en la rareza, ultra alterado
por las horas repetitivas y su necia repeti
ti-ti-ti-ti-ti-ti-ti-ti-ti-ti-ti-ti-ti-tividad.
/
Algunos dicen Südamerika
otros dicen South America otros
dicen Sur América otros le dicen
Sud-Americaine.
/
El dinero ardía en las manos o las
manos eran dinero ardiente
los secuenciadores emitían pulso
muros de acoples, las fórmulas
algebraicas servían incongruencia
en cantidades pantagruélicas, los momios
regurgitaban su asco.
El jarabe se mezclaba con el jarabe
el pan se hacía con el pan
se fundaban ciudades
donde hubo ciudades
la crueldad era matemática
o la matemática era crueldad
cuadruplicada por su frío.
Los compañeros de March no me querían
ver más, se preguntaban entre ellos qué fue
del chimpancé que fumaba en la película
el Mapocho corría como un río de cerveza
luxando todo lo que se interponía a su paso
bajo un mismo cielo intacto todo era pugilato.
/
Este carro tirado por un buey
nos lleva a los dos
este jarabe negro no es
para la tos
y esta libretita de tapas
rojas es para vos.
/
Asumiendo estar terminado me trepé
al carruaje de dos ruedas tirado por un buey
a buscar la estrella caustica de la que vine.
Tomé la ruta uno, tomé la ruta dos
seguí la constelación de los cisnes sucios
dejando atrás edificios, echando
blasfemias a los cielos en varias lenguas.
En una laguna de aguas claras me detuve
a lavarme el cerebro.
/
El hijo etíope es un higo de higuera negra
el hijo es un higo etíope, el hijo es el más
etíope de los higos, debo dejarlo ser etíope
o debo no dejarlo ser etíope, debo manejarlo
o no debo manejarlo, debo dejarle
la opción, debo no dejársela, la opción
inmanejable, la opción irreal
la opción correccional…
/
Quién tiró la toalla
quién pasó la lengua por la hornalla
quién construyó la muralla
quién llegó hasta acá pidiendo
que se quede y que se vaya.
/
Todos los leones del mundo caben
en un estadio de fútbol.
© 2014, Martín Gambarotta
Gedichten
Gedichten van Martín Gambarotta
Close
DE ETHIOPISCHE ZOON
Ze willen je niet op volle snelheid
een wereldbol zien laten draaien
die je met je wijsvinger plots stilzet en
dan moeten toezien hoe je theoretiseert
met je hersenpan in vuur en vlam
over een per toeval aangewezen land, je zou kunnen
zeggen dat ze eenvoudigweg niet kunnen aanzien
dat je een verbond sluit met de hardheid van de noot
die elke man in zich draagt,
je zou kunnen zeggen dat ze je nooit meer willen zien
maar dat is niet zo, kleine etterbak, dat is niet zo
eens kijken of je het nou eindelijk begrijpt
ze zouden je maar al te graag dood zien.
/
Mauro Silva rookt een stickie
een wereldbol zien laten draaien
die je met je wijsvinger plots stilzet en
dan moeten toezien hoe je theoretiseert
met je hersenpan in vuur en vlam
over een per toeval aangewezen land, je zou kunnen
zeggen dat ze eenvoudigweg niet kunnen aanzien
dat je een verbond sluit met de hardheid van de noot
die elke man in zich draagt,
je zou kunnen zeggen dat ze je nooit meer willen zien
maar dat is niet zo, kleine etterbak, dat is niet zo
eens kijken of je het nou eindelijk begrijpt
ze zouden je maar al te graag dood zien.
/
Mauro Silva rookt een stickie
met een chickie uit de slums.
Ze vieren de dood van de roman.
/
/
Ik tokkelde op de snaren van mijn satirische citer
tot een onverbiddelijke hoofdpijn
op de maat van een onzalig walsje
op mijn schedeldak begon te dansen en
mijn hersenen tot moes stampte zoals die van
een senator wiens hoofd
in zijn bord spaghetti valt. Ik tokkelde
en tokkelde op die citer tot, maar ik zweer
op mijn dagen als rastafari
dat het niet nog eens zal gebeuren.
/
Daar komen ze, de Ethiopiërs met hun kapotte parka’s, de jaloezie-
verkopers, de serenadetemmers, het geslacht
de Ariela’s met hun kettinkjes
na een spelletje SuperMario
daar komen ze, nog twintig stappen
nee, niet waar, nog vijfentwintig stappen
op tweeëntwintig stappen stoppen ze
om augustus gepast welkom te heten
daar komen ze de, de, de, na de
agit agit agit agitatie
vanaf de boulevards, uit de bureaus, de citadels
ze stemmen hun radio’s af om moed te vatten
met alles overstemmende audio nog veertien stappen
agit agit agit agitatie
vanaf de boulevards, uit de bureaus, de citadels
ze stemmen hun radio’s af om moed te vatten
met alles overstemmende audio nog veertien stappen
nee, niet waar, zo’n negen zullen het er zijn, daar
komen ze, de jaguars na het hoogtij
komen ze, de jaguars na het hoogtij
nog drie stappen, nee echt waar
ze komen eraan.
/
Ik ben nieuw en elegant
al lijk ik niet briljant
ik ben wel charmant
soms bewaar ik afstand
maar ik ben niet arrogant
ik ben fan van John Frusciante
wacht eventjes, want
aandekant aandekant
net als de commandant
net als de commandant
voor mij geen helpende hand
ik voel me toch wel important
de boxen bonzen ervan.
de boxen bonzen ervan.
/
In de kille handen vallen van een
kouwelijke koorts, vlijmend en vlammend als de oranje
naald van een snelheidsmeter
verdwalen in de vreemdheid, ultra ontregeld
door de repeterende uren en hun dwaze repeti
ti-ti-ti-ti-ti-ti-ti-ti-ti-ti-ti-ti-ti-tiviteit.
/
Sommigen zeggen Südamerika
anderen zeggen South America sommigen
zeggen Sur América anderen noemen haar
Sud-Americaine.
anderen zeggen South America sommigen
zeggen Sur América anderen noemen haar
Sud-Americaine.
/
Het geld brandde in de handen of de
handen waren brandend geld
de sequencers produceerden pulsen
muren van rondzingend geluid, de algebraïsche
formules serveerden incongruentie
in pantagruelische hoeveelheden, de mummies
braakten van walging.
Siroop werd gemengd met siroop
brood werd bereid met brood
er werden steden gesticht
waar al steden waren
wreedheid was wiskundig
of wiskunde was wreedheid
verviervoudigd door haar kou.
/
De vrienden van March wilden me niet meer
zien, ze vroegen zich af wat er gebeurd was
met de chimpansee die rookte in de film
de Mapocho stroomde als een rivier van bier
en ontwrichtte alles wat hem de weg versperde
onder eenzelfde heldere hemel was alles handgemeen.
/
Deze ossenkar
is bedoeld voor ons twee
deze zwarte siroop
is geen panacee
en dit roodgekafte
boekje geef ik je mee.
/
In de veronderstelling dat het met me gedaan was
klom ik op de tweewielige ossenkar,
op zoek naar de caustische ster waar ik vandaan kom.
Ik nam route één, ik nam route twee,
volgde het sterrenbeeld van de vieze zwanen,
liet de gebouwen achter me en richtte me
vloekend tot de hemel in meerdere talen.
Bij een kristalhelder meer hield ik stil
om mijn hersens te spoelen.
klom ik op de tweewielige ossenkar,
op zoek naar de caustische ster waar ik vandaan kom.
Ik nam route één, ik nam route twee,
volgde het sterrenbeeld van de vieze zwanen,
liet de gebouwen achter me en richtte me
vloekend tot de hemel in meerdere talen.
Bij een kristalhelder meer hield ik stil
om mijn hersens te spoelen.
/
Een Ethiopische zoon is zo’n vrucht van de zwarte vijgenboom
mijn zoon is zo’n Ethiopische vijg, mijn zoon is de meest
Ethiopische vijg onder de zon, moet ik hem Ethiopiër laten zijn
of moet ik dat niet, moet ik met hem onderhandelen
of moet ik dat niet, moet ik hem
de keus laten of moet ik dat niet, de onhandelbare
keus, de onvoorstelbare keus
de corrigerende keus…
mijn zoon is zo’n Ethiopische vijg, mijn zoon is de meest
Ethiopische vijg onder de zon, moet ik hem Ethiopiër laten zijn
of moet ik dat niet, moet ik met hem onderhandelen
of moet ik dat niet, moet ik hem
de keus laten of moet ik dat niet, de onhandelbare
keus, de onvoorstelbare keus
de corrigerende keus…
/
Wie vond de druiven te zuur
wie hield zijn tong in het vuur
wie o wie bouwde de muur
wie kwam er hier om te vragen
of hij bleef of werd weggestuurd.
/
Alle leeuwen van de wereld passen
in een voetbalstadion.
© 2014, Bodil Kok
THE ETHIOPIAN SON
/They don’t want to see you spin
a globe at full speed
to stop it dead with your index finger or
then have to put up with seeing you theorize
with the brains your flaming skull guards
about a country picked out by chance, you could
say straight out that they don’t want to see you
seal a pact with the toughness of the nut
that all men carry inside them
you could say that they don’t even want to see you
but it’s not that, sweet little bastard, it’s not that
let’s see if you get it once and for all
what they want is to see you dead.
/
Mauro Silva’s with his chick
In a Brazilian hovel
They smoke a joint to celebrate
The death of the novel.
/
I strummed the strings of my satirical sitar
until an incurable headache began
to dance to the rhythm of a nasty little waltz
on the lid of my brains, turning my
cerebellum into mush like that of a
senator whose head falls into
his plate of spaghetti. I strummed
I strummed that sitar, but I swear
by my days as a Rastafarian
that this will never happen again.
/
Here come the Ethiopians with their ruined parkas, the sellotape
sellers, the serenade tamers, the race of
the Arielas with necklaces
after playing games of Super Mario
here they come, they’re at twenty paces,
no, I lie, it’s twenty-five paces
at twenty-two paces they stop
to give a deserved welcome to August
here come the, the, the, after they
sha-sha-sha-shake
from the boulevards, the prefectures, the citadels,
tuning radios to get their courage up
with filthy audio blaring they’re at fourteen paces
no, I lie, they must be at about nine paces, here
come the jaguars after the season,
they’re at three paces, no I lie
they’re here.
/
I’m the new elegant
Though I don’t look brilliant
I’ve got the talent
I may seem distant
But I’m bien-pensant
I love John Frusciant-e
Wait for me a moment
To the front to the front
Like the commandant
I don’t need no grant
To feel important
You can hear it in the amp’.
/
To fall in the sharp fingers of a shivering
fever, fine, fluorescent like the orange
needle on the speedometer
to stay in the strangeness, ultra-altered
by the repetitive hours and their stupid repet
ti-ti-ti-ti-ti-ti-ti-ti-ti-ti-ti-ti-ti-tion.
/
Some say Südamerika
some say South America others
say Sur América others say
Sud-Americaine.
/
The money burnt in the hands or the
hands were burning money
the sequencers gave off a pulse
walls of couplings, the algebraic
formulae served incongruity
in quantities fit for Pantagruel, the mummies
coughed up their disgust.
The syrup was mixed with syrup
the bread was made with bread
they founded whole cities
where there were already cities
the cruelty was mathematic
or the mathematics was cruelty
quadrupled by its cold.
March’s comrades didn’t want to
see me again, they asked each other what happened
to the chimpanzee who smoked in the film
the Mapocho ran like a river of beer
shifting anything in its way
under the same intact sky it was all a boxing match.
/
That cart pulled by an ox
Carries us two
That black syrup
Won´t fix the flu
And this little red
Book is for you.
/
Assuming I was done I climbed
onto the two-wheeled carriage pulled by an ox
to look for the burning star from which I came.
I took Route 1, I took Route 2,
I followed the constellation of the dirty swans
leaving behind buildings, casting
blasphemies at the heavens in several tongues.
In a crystalline lagoon I stopped
to wash my brain.
/
The Ethiopian son is the fruit of the black fig tree that child is
Ethiopian fruit, the most Ethiopian fruit
of the fig tree, I must let him be Ethiopian
or I must not let him be Ethiopian, I must manage him
or not manage him, I must leave him
the option, I must not leave him it, the unmanageable
option, the unreal option
the correctional option…
/
Who threw in the towel
Who licked the oven from top to toe
Who built the barrier
Who got here asking
Who stays and who goes.
/
All the lions in the world
fit in a football ground.
© 2014, Ben Bollig
Sponsors
Partners
LantarenVenster – Verhalenhuis Belvédère