Gedicht
Habib Tengour
HODGEPODGE
I.At first sight, they are only incoherent games. Grotesque fillers. Show-off non-sense. Smacking of the platitudinous. Formal variations for the pleasure of an elite. An elixir! Today’s reader is bored faced with the complexity of the techniques put into play. He understands nothing of all these sassy-smart experiments with language. The newspapers speak differently to him. Each day a new catastrophe engulfs him in anguish. Blood all over the reported stories. A woof of unforeseeable elements where it is difficult to recognize the golden threads of the embroidery.
II.
The practiced constraint falsifies syntax. Intervals insinuate themselves into the distortion of the vocabulary. The narrative obeys no causality. Events follow each other without any change. This amuses some stylists who see in it an exemplary freedom. But such juggling is incapable of silencing the empty bellies. Everywhere one bumps into a dubious meaning. One looks for words with an edge to get the upper hand. In fact, the choices remain limited. The nouns prevail over the verbs and adjectives. Terrible toponyms. Chiseled obscenities. Irremediable blasphemies. Unhealthy scatologies. Repugnant names of animals or people. Earmarking of certain body parts. All of which teems in a triviality that provokes a slight disgust.
III.
It borders on a macabre polyphony. One doesn’t listen to one another anymore in the middle of the tableau. There’s something in it for everyone, he says. But it doesn’t add up. It is not a question of a simple stroke of the pen. You see how heavy the slightest word weighs down on language. To ferret it out hasn’t been a picnic. You suffer faced with the contradictions of the lexicon in the ever slighter hope of finding a way out. Language is never free or profuse despite signs of an opening up. It is a bleeding that can’t be staunched. A local color lacking the emphasis of time.
Beyond that, an apparent emptiness produces an effect of contrast.
© Translation: 2012, Pierre Joris
From: Exile is my trade: A Habib Tengour Reader
Publisher: Black Widow Press, Boston, 2012
From: Exile is my trade: A Habib Tengour Reader
Publisher: Black Widow Press, Boston, 2012
RATJETOE
I.Op het eerste gezicht zijn het slechts onsamenhangende spelletjes. Grotesk opvulsel. Gepronk met nonsens. Een staaltje banaliteit. Vormvariaties tot vermaak van een elite. Een elixer! De lezer van nu verveelt zich bij de complexiteit van de toegepaste technieken. Hij begrijpt niets van al die gewiekste taalexperimenten. De kranten praten heel anders tegen hem. Iedere dag dompelt een nieuwe ramp hem in angst. Het bloed spat van de vertelde verhalen. Een stramien van onvoorspelbare elementen waarin de gouddraden van het borduursel moeilijk te herkennen zijn.
II.
De toegepaste beperking vervormt de syntaxis. Verschuivingen sluipen in de vervorming van het vocabulaire. De vertelling gehoorzaamt aan geen enkele causaliteit. De gebeurtenissen volgen elkaar op exact dezelfde wijze op. Het amuseert een handjevol stilisten die er een exemplarische vrijheid in zien. Maar het gejongleer kan de holle magen niet tot zwijgen brengen. Overal stoot je je aan een twijfelachtige betekenis. Je zoekt woorden die scherp genoeg zijn om de boventoon te voeren. In werkelijkheid blijft de keuze beperkt. Zelfstandige naamwoorden overheersen de werkwoorden en adjectieven. Foeilelijke plaatsnamen. Geciseleerde schunnigheden. Onherstelbare blasfemieën. Ongezonde scatologie. Weerzinwekkende namen van dieren en mensen. Benamingen van bepaalde lichaamsdelen. Dat alles tiert in een trivialiteit die een lichte walging oproept.
III.
Het grenst aan een macabere polyfonie. Men luistert niet meer naar elkaar in het midden van het tafereel. Iedereen wordt er beter van, zegt hij. Maar veel goeds levert het niet op. Het is geen kwestie van een simpele pennenstreek. Je ziet hoe zwaar het kleinste woord op de taal weegt. Het uitpluizen is geen peulenschil. Het is moeilijk geconfronteerd te worden met de tegenstrijdigheden in het lexicon met een afnemende hoop op een uitweg. De taal is nooit vrij of overvloedig ondanks de schijn van een opening. Het is een onstelpbaar bloeden. Een couleur locale zonder de hoogdravendheid van de tijd.
Daarbij zorgt een zichtbare leegte voor een contrastwerking.
© Vertaling: 2014, Kiki Coumans
FATRAS
I.A première vue, ce ne sont que des jeux incohérents. Des remplissages grotesques. Un non-sens exhibé. Voire une impression de platitude. Des variations formelles pour le plaisir d’une élite. Un élixir ! Le lecteur d’aujourd’hui s’ennuie devant la complexité des techniques mises en œuvre. Il n’entend rien à toutes ces expérimentations délurées du langage. Les journaux lui parlent autrement. Chaque jour une catastrophe nouvelle le plonge dans l’angoisse. Du sang éclabousse les récits rapportés. Une trame d’éléments imprévisibles où se discernent mal les fils d’or de la broderie.
II.
La contrainte exercée fausse la syntaxe. Des décalages s’insinuent dans la distorsion du vocabulaire. La narration n’obéit à aucune causalité. Les événements se succèdent à l’identique. Cela amuse quelques stylistes qui voient là une liberté exemplaire. Mais les jongleries ne parviennent pas à faire taire les ventres creux. On se heurte de partout à un sens douteux. On cherche les mots qui tranchent pour avoir le dessus. En réalité les choix restent restreints. Les noms prédominent sur les verbes et les adjectifs. Toponymes terribles. Obscénités ciselées. Blasphèmes irrémédiables. Scatologie malsaine. Noms d’animaux ou de gens répugnants. Désignations de certaines parties du corps. Tout ça grouille dans une trivialité qui provoque un léger dégoût.
III.
Ça frise la polyphonie macabre. On ne s’écoute plus au milieu du tableau. Chacun trouve son compte dans l’affaire, dit-il. Mais le compte n’est pas bon. Il ne s’agit pas d’un simple trait de plume. Tu vois combien le moindre mot pèse sur la langue. Le débusquer n’a pas été de tout repos. Tu souffres devant les contradictions du lexique avec l’espoir de plus en plus réduit de trouver une issue. La parole n’est jamais libre ni profuse malgré les signes d’ouverture. C’est un saignement qui ne tarit pas. Un couleur locale sans l’emphase du temps.
Au delà, un vide apparent produit un effet de contraste.
© 2003, Habib Tengour
From: États de chose, suivi de Fatras et La sandale d\'Empédocle (témoignages 1991-1994)
Publisher: Rumeur des Ages, La Rochelle
From: États de chose, suivi de Fatras et La sandale d\'Empédocle (témoignages 1991-1994)
Publisher: Rumeur des Ages, La Rochelle
Gedichten
Gedichten van Habib Tengour
Close
RATJETOE
I.Op het eerste gezicht zijn het slechts onsamenhangende spelletjes. Grotesk opvulsel. Gepronk met nonsens. Een staaltje banaliteit. Vormvariaties tot vermaak van een elite. Een elixer! De lezer van nu verveelt zich bij de complexiteit van de toegepaste technieken. Hij begrijpt niets van al die gewiekste taalexperimenten. De kranten praten heel anders tegen hem. Iedere dag dompelt een nieuwe ramp hem in angst. Het bloed spat van de vertelde verhalen. Een stramien van onvoorspelbare elementen waarin de gouddraden van het borduursel moeilijk te herkennen zijn.
II.
De toegepaste beperking vervormt de syntaxis. Verschuivingen sluipen in de vervorming van het vocabulaire. De vertelling gehoorzaamt aan geen enkele causaliteit. De gebeurtenissen volgen elkaar op exact dezelfde wijze op. Het amuseert een handjevol stilisten die er een exemplarische vrijheid in zien. Maar het gejongleer kan de holle magen niet tot zwijgen brengen. Overal stoot je je aan een twijfelachtige betekenis. Je zoekt woorden die scherp genoeg zijn om de boventoon te voeren. In werkelijkheid blijft de keuze beperkt. Zelfstandige naamwoorden overheersen de werkwoorden en adjectieven. Foeilelijke plaatsnamen. Geciseleerde schunnigheden. Onherstelbare blasfemieën. Ongezonde scatologie. Weerzinwekkende namen van dieren en mensen. Benamingen van bepaalde lichaamsdelen. Dat alles tiert in een trivialiteit die een lichte walging oproept.
III.
Het grenst aan een macabere polyfonie. Men luistert niet meer naar elkaar in het midden van het tafereel. Iedereen wordt er beter van, zegt hij. Maar veel goeds levert het niet op. Het is geen kwestie van een simpele pennenstreek. Je ziet hoe zwaar het kleinste woord op de taal weegt. Het uitpluizen is geen peulenschil. Het is moeilijk geconfronteerd te worden met de tegenstrijdigheden in het lexicon met een afnemende hoop op een uitweg. De taal is nooit vrij of overvloedig ondanks de schijn van een opening. Het is een onstelpbaar bloeden. Een couleur locale zonder de hoogdravendheid van de tijd.
Daarbij zorgt een zichtbare leegte voor een contrastwerking.
© 2014, Kiki Coumans
From: États de chose, suivi de Fatras et La sandale d\'Empédocle (témoignages 1991-1994)
From: États de chose, suivi de Fatras et La sandale d\'Empédocle (témoignages 1991-1994)
HODGEPODGE
I.At first sight, they are only incoherent games. Grotesque fillers. Show-off non-sense. Smacking of the platitudinous. Formal variations for the pleasure of an elite. An elixir! Today’s reader is bored faced with the complexity of the techniques put into play. He understands nothing of all these sassy-smart experiments with language. The newspapers speak differently to him. Each day a new catastrophe engulfs him in anguish. Blood all over the reported stories. A woof of unforeseeable elements where it is difficult to recognize the golden threads of the embroidery.
II.
The practiced constraint falsifies syntax. Intervals insinuate themselves into the distortion of the vocabulary. The narrative obeys no causality. Events follow each other without any change. This amuses some stylists who see in it an exemplary freedom. But such juggling is incapable of silencing the empty bellies. Everywhere one bumps into a dubious meaning. One looks for words with an edge to get the upper hand. In fact, the choices remain limited. The nouns prevail over the verbs and adjectives. Terrible toponyms. Chiseled obscenities. Irremediable blasphemies. Unhealthy scatologies. Repugnant names of animals or people. Earmarking of certain body parts. All of which teems in a triviality that provokes a slight disgust.
III.
It borders on a macabre polyphony. One doesn’t listen to one another anymore in the middle of the tableau. There’s something in it for everyone, he says. But it doesn’t add up. It is not a question of a simple stroke of the pen. You see how heavy the slightest word weighs down on language. To ferret it out hasn’t been a picnic. You suffer faced with the contradictions of the lexicon in the ever slighter hope of finding a way out. Language is never free or profuse despite signs of an opening up. It is a bleeding that can’t be staunched. A local color lacking the emphasis of time.
Beyond that, an apparent emptiness produces an effect of contrast.
© 2012, Pierre Joris
From: Exile is my trade: A Habib Tengour Reader
Publisher: 2012, Black Widow Press, Boston
From: Exile is my trade: A Habib Tengour Reader
Publisher: 2012, Black Widow Press, Boston
Sponsors
Partners
LantarenVenster – Verhalenhuis Belvédère