Paul Tran
Copernicus
COPERNICUS
Wie weet niet hoe
twijfel de zoom van diens nachtjapon omhoogtilt
om een beetje meer dij bloot te geven
voor het aangezicht van het geloof?
Eens wist ik het niet. Eens geloofde ik dat ik
mijn eigen geometrie was,
mijn eigen geocentrische planeet
wentelend als een ballerina, alleen
in het middelpunt van het universum, op bevel van een god
die met zijn vuile mond
mijn muziekdoosje opende
Hij zei
Laat er licht zijn–
En ik dacht dat ik het licht was.
Ik was de mislukte verbeelding van een man.
Nu weet ik dat wat lijkt
op de beweging van de hemel
enkel de beweging van de aarde is.
Niet de sterren.
Niet wat ik maar wil.
Publisher: 2023, Voor het eerst gepubliceerd op PoetryInternational.com,
Copernicus
Who doesn’t know how
doubt lifts the hem of its nightgown
to reveal another inch of thigh
before the face of faith?
I once didn’t. I once thought I was
my own geometry,
my own geocentric planet
spinning like a ballerina, alone
at the center of the universe, at the command of a god
opening my music box
with his dirty mouth. He said
Let there be light—
And I thought I was the light.
I was a man’s failed imagination.
Now I know what appears
as the motion of Heaven
is just the motion of Earth.
Not stars.
Not whatever I want.
From: All the flowers kneeling
Publisher: Penguin Random House,
Copernicus
Who doesn’t know how
doubt lifts the hem of its nightgown
to reveal another inch of thigh
before the face of faith?
I once didn’t. I once thought I was
my own geometry,
my own geocentric planet
spinning like a ballerina, alone
at the center of the universe, at the command of a god
opening my music box
with his dirty mouth. He said
Let there be light—
And I thought I was the light.
I was a man’s failed imagination.
Now I know what appears
as the motion of Heaven
is just the motion of Earth.
Not stars.
Not whatever I want.