Poem
Peter Gizzi
A PANIC THAT CAN STILL COME UPON ME
EEN PANIEK DIE MIJ SOMS NOG OVERVALT
Als ik hardop roep vandaag en vandaagAls ik in glinsters op asfalt uiteenval
zonnescherfjes, herrie
als banden janken op nat wegdek
en alles zoemt
Als we merken bestendig te bewegen
en aan zijn gekomen in Zeno’s denken, zo
als de zon op het marmer valt en de zee oplicht
weten we wellicht geliefd te zijn geweest, en nog
als vlammen en oogst, de betoverde vlakte
Als onze wensen stuiten op vuil
en tijm, distel, olie,
erfstuk en basilicum
of het eindresultaat zorgen zijn, chaos
en als ‘ik beter moest weten’
Als onze liefdes worden gezalfd met raketten
Apachevuur, Tomahawks
volgden wij de tafelen die de pelgrims aanbevalen
Als wij verlangen dat elk lied zijn oorsprong raakt
één keer maar en de jaren verzonken
Als identiteitsproblemen de wijzen verbijsteren,
de haveloze filosofen, beheerders
wie kan dan zeggen dat ik gevonden ben
als dit keer jij, het geheel, dit keer nu
Als niets dan zaterdagen in de métro en
als het zijdelings de deuren inregent
van het platz, en op de mansardedaken
Als opsommingen van de val
en als al vallend de steden schudden
van gasvuren ’s ochtends
Kun je de dubbele naaktheid van het spook herroepen
dat hongerig verflauwt
als kinderen, soldaten, kinderen
in scholen neergehaald
als vlammende brandstof
Wie kan niet zeggen dat ze dit zien
en kunnen we dit zingen
als in ’s morgenroods zeeweerspiegeling
gaas dat de borst raakt
Spijtig voor je, mooie zanger
ongetooid met lauwer
kind van de donder en zondebok ineen
Als de drommen in de geest gaan
drommen in straten en dorpen, en treinen
vlak naast de snelweg lopen
Als uitweg enkel een bordje is
2.
Het is niet in orde om de hele tijd
zomaar wat te willen, wees duidelijk hemel
Ik kan de dunne lijn boven de heuvels lezen
De dag ontvlecht zijn fijne licht
en ik ben erbij en zie het
Dit moet al zijn wat er is
op dit moment ter wereld
Er zijn zaken groter dan het begrip
dingen waarvan we weten
dat de geest ze niet omvat
Als de dag als een trommel bonst
om de vijf minuten
wat kunnen we hier dan mee
de 100.000 jaar die een foton nodig heeft
om het zonneoppervlak te bereiken
acht minuten om onze ogen te treffen
Als elke middag zwaartekracht en vuur
zo gaat dat hier
ontbloot, ontward
3.
Als ik je aanspreek vandaag en vandaag, of
als jij/ik fluisteren, aanraken, uitleggen
Als jij/zij die frasen haten
als wij worstelen om tot de zaak te komen
het lichaam en de andere geluiden
Als een W hier zelfs privé struikelt
er was zo’n man zeiden we
overal tussen ons
als ons te uiten ons vrij kan maken
Als zomer herfst winter lente
de alom vertoonde dag tolt rond mijn hoofd
zijn grijns zit daar nog ergens vast
wanneer ik een tijger ben binnen de DMZ
of als ik een tijgerman ben
als niemand gelooft wat ik zie
Als achter de graal en de nieuwe iep
terwijl het roze licht zegt welkom aardbewoner
mijn biografie als atoom
plaatje van mijn glimlach
is dit wat mijn lichaam zei
Als ik mijn schrift vergeet
als de leemten die ik hier voel ook de leemten zijn
waarin ik ben gebouwd, en denk prima zo
Als de zon scherp en heet en roerloos
maar diep en verhelderend, zijn boulevards aflopend
als door de meest infame kabels gebonden
als in gekraakte tijd
Als elke dag een worsteling, het blauwe bosje dat praat
hemel die zich welft boven niks – mm-hm
Als elke worsteling ijscokar klingel
die het kosmologische onderbreekt
als alledaagse strijd, alledaags spreggensie
als alledaags hm
is dit wat mijn lichaam zegt
mijn maatje zei
en als ik doodga
en het bewustzijn begin te verliezen
en de vlag
Er was zo’n man zeiden we
zo’n W hier zelfs privé
Ik zei in mijn brief
als ik je weerzie
4.
Een tak en dennengeur in de zomer
de brug en het water in de kreek
de stenen en de klank van water
de kreek en mijn lichaam
toen haar en water over mij vloeiden
Als ik een brug ben waar ik op sta, en denk,
en mezelf vaarwel zeg
toen ik bij het water in leven stond
en aan mijn leven dacht, dennentakken
de heuvel bij het water
De zon in de kreek op de brug
op mijn haar en dennentakken
in de wind vermengd met water,
een kraai die langs scheert, het leven
van water, leven van het denken
en bewegen, een kraai komt langs
deze plek in de geest, op mijn ogen
5.
Dus prentte de vocalisedag een klank in
Ik ben niet achterlijk
Ook ik ontwar op de meest omslachtige wijze
Ik ontbloot water direct
Wie zag nooit ontelbare mussen
het silhouet van een boom ingaan
waarom zou ik niet binnenkomen uit de kou
Tuurlijk is er het monument
het gras en de plaat waarop het groeit
Als het antwoord zon wordt
dan zon binnenin, gewone dingen, prima
het lintje boven ons hoofd is geen banier
We beklimmen deze bladerrijke architectuur
en zeggen wind / nachthemel / maan / wolken / sterren
als zilver voor syncopen staat
jawel, het symfonisch dagelijkse is wat voelt als orde
Ik heb het achter mij gevoeld,
licht op tafel, het boek open
Als we worstelen om een naam
als kleuren veranderen
als stemming verbonden is met noemen, met kleur
Als, zeg, een schip in diep water is
en een stuk hemel de geest ledigt
of toen ik fregat-geslingerd werd
als ik een woord helemaal af wilde gaan
en binnen de naam ervan wonen, zo zij het
Er is mijn lichaam en het idee van mijn lichaam
de branding die breekt en het beeld van een golf
© Vertaling: 2014, Samuel Vriezen
A PANIC THAT CAN STILL COME UPON ME
If today and today I am calling aloudIf I break into pieces of glitter on asphalt
bits of sun, the din
if tires whine on wet pavement
everything humming
If we find we are still in motion
and have arrived in Zeno’s thought, like
if sunshine hits marble and the sea lights up
we might know we were loved, are loved
if flames and harvest, the enchanted plain
If our wishes are met with dirt
and thyme, thistle, oil,
heirloom, and basil
or the end result is worry, chaos
and if “I should know better”
If our loves are anointed with missiles
Apache fire, Tomahawks
did we follow the tablets the pilgrims suggested
If we ask that every song touch its origin
just once and the years engulfed
If problems of identity confound sages,
derelict philosophers, administrators
who can say I am found
if this time you, all of it, this time now
If nothing save Saturdays at the metro and
if rain falls sidelong in the platz
doorways, onto mansard roofs
If enumerations of the fall
and if falling, cities rocked
with gas fires at dawn
Can you rescind the ghost’s double nakedness
hungry and waning
if children, soldiers, children
taken down in schools
if burning fuel
Who can’t say they have seen this
and can we sing this
if in the auroras’ reflecting the sea,
gauze touching the breast
Too bad for you, beautiful singer
unadorned by laurel
child of thunder and scapegoat alike
If the crowd in the mind becoming
crowded in streets and villages, and trains
run next to the freeway
If exit is merely a sign
2.
It isn’t alright to want just anything
all the time, be specific sky
I can read the narrow line above the hills
The day unbraids its pretty light
and I am here to see it
This must be all there is
right now in the world
There are things larger than understanding
things we know cannot
be held in the mind
If the sun throbs like a drum
every five minutes
what can we do with this
the 100,000 years it takes a photon
to reach the surface of the sun
eight minutes to hit our eyes
If every afternoon gravity and fire
it’s like that here
undressed, unwound
3.
If today and today I am speaking to you, or
if you/I whisper, touch, explain
If they/you hate those phrases
if we struggle to get to the thing
the body and the other noises
If a W stumbles here even in private
there was this man we said
everywhere between us
if speech can free us
If summer fall winter spring
the broadcast day spins round my head
its grin stuck out there
when I am a tiger inside the DMZ
or if I am a tiger man
if no one believes what I see
If behind the grail and new elm
the pink light saying welcome earthling
my biography as an atom
picture of my smile
is this what my body said
If I forget my notebook
if these gaps I feel are also the gaps
I am built inside, thinking it’s all good
If the sun sharp and hot and still
but deep and clarifying, walking its boulevards
if bound by the most ignoble cords
if squatting in time
If every day a struggle, the blue copse speaking
sky arching over nothing—uh-huh
If every struggle ice-cream truck tinkle
interrupting the cosmological
if everyday strife, everyday sprecenze
if everyday uh
is this what my body says
my buddy said
and if I die
and begin to lose consciousness
and the flag
There was this man we said
this W here even in private
I said in my letter
if I see you again
4.
A branch and the scent of pine in summer
the bridge and the water in the creek
the stones and the sound of water
the creek and my body
when hair and water flowed over me
If I am a bridge I am standing on, thinking,
saying goodbye to myself
when I stood by the water in life
thinking of my life, pine boughs
the hill next to water
The sun in the creek on the bridge
on my hair and pine boughs
in wind mixed with water,
one crow skating by, the life
of water, life of thinking
and moving, a crow passes by
this place in the mind, on my eyes
5.
So the vocalise day imprinted a sound
I’m not stupid
I too unwind in the most circuitous fashion
I undress water directly
Who hasn’t seen unnumbered sparrows
enter the silhouette of a tree
why shouldn’t I come in from the cold
Sure, there is the monument
the grass and the plate it grows on
If the answer becomes sun
then sun inside, normal things, okay
the ribbon above our heads is not a banner
Scaling this leafy architecture
we say wind / night sky / moon / clouds / stars
if silver stands for syncopation
indeed, symphonic dailiness is felt order
I have felt it at the back of me,
light on the table, the book open
If we struggle for a name
if colors change
if mood is connected to naming, to color
If say a ship’s in deep water
and a piece of sky empties the mind
or when I was frigate-tossed
if I wanted to go all over a word
and live inside its name, so be it
There is my body and the idea of my body
the surf breaking and the picture of a wave
© 2007, Peter Gizzi
From: The Outernationale
Publisher: Wesleyan, Middletown, CT
From: The Outernationale
Publisher: Wesleyan, Middletown, CT
Poems
Poems of Peter Gizzi
Close
A PANIC THAT CAN STILL COME UPON ME
If today and today I am calling aloudIf I break into pieces of glitter on asphalt
bits of sun, the din
if tires whine on wet pavement
everything humming
If we find we are still in motion
and have arrived in Zeno’s thought, like
if sunshine hits marble and the sea lights up
we might know we were loved, are loved
if flames and harvest, the enchanted plain
If our wishes are met with dirt
and thyme, thistle, oil,
heirloom, and basil
or the end result is worry, chaos
and if “I should know better”
If our loves are anointed with missiles
Apache fire, Tomahawks
did we follow the tablets the pilgrims suggested
If we ask that every song touch its origin
just once and the years engulfed
If problems of identity confound sages,
derelict philosophers, administrators
who can say I am found
if this time you, all of it, this time now
If nothing save Saturdays at the metro and
if rain falls sidelong in the platz
doorways, onto mansard roofs
If enumerations of the fall
and if falling, cities rocked
with gas fires at dawn
Can you rescind the ghost’s double nakedness
hungry and waning
if children, soldiers, children
taken down in schools
if burning fuel
Who can’t say they have seen this
and can we sing this
if in the auroras’ reflecting the sea,
gauze touching the breast
Too bad for you, beautiful singer
unadorned by laurel
child of thunder and scapegoat alike
If the crowd in the mind becoming
crowded in streets and villages, and trains
run next to the freeway
If exit is merely a sign
2.
It isn’t alright to want just anything
all the time, be specific sky
I can read the narrow line above the hills
The day unbraids its pretty light
and I am here to see it
This must be all there is
right now in the world
There are things larger than understanding
things we know cannot
be held in the mind
If the sun throbs like a drum
every five minutes
what can we do with this
the 100,000 years it takes a photon
to reach the surface of the sun
eight minutes to hit our eyes
If every afternoon gravity and fire
it’s like that here
undressed, unwound
3.
If today and today I am speaking to you, or
if you/I whisper, touch, explain
If they/you hate those phrases
if we struggle to get to the thing
the body and the other noises
If a W stumbles here even in private
there was this man we said
everywhere between us
if speech can free us
If summer fall winter spring
the broadcast day spins round my head
its grin stuck out there
when I am a tiger inside the DMZ
or if I am a tiger man
if no one believes what I see
If behind the grail and new elm
the pink light saying welcome earthling
my biography as an atom
picture of my smile
is this what my body said
If I forget my notebook
if these gaps I feel are also the gaps
I am built inside, thinking it’s all good
If the sun sharp and hot and still
but deep and clarifying, walking its boulevards
if bound by the most ignoble cords
if squatting in time
If every day a struggle, the blue copse speaking
sky arching over nothing—uh-huh
If every struggle ice-cream truck tinkle
interrupting the cosmological
if everyday strife, everyday sprecenze
if everyday uh
is this what my body says
my buddy said
and if I die
and begin to lose consciousness
and the flag
There was this man we said
this W here even in private
I said in my letter
if I see you again
4.
A branch and the scent of pine in summer
the bridge and the water in the creek
the stones and the sound of water
the creek and my body
when hair and water flowed over me
If I am a bridge I am standing on, thinking,
saying goodbye to myself
when I stood by the water in life
thinking of my life, pine boughs
the hill next to water
The sun in the creek on the bridge
on my hair and pine boughs
in wind mixed with water,
one crow skating by, the life
of water, life of thinking
and moving, a crow passes by
this place in the mind, on my eyes
5.
So the vocalise day imprinted a sound
I’m not stupid
I too unwind in the most circuitous fashion
I undress water directly
Who hasn’t seen unnumbered sparrows
enter the silhouette of a tree
why shouldn’t I come in from the cold
Sure, there is the monument
the grass and the plate it grows on
If the answer becomes sun
then sun inside, normal things, okay
the ribbon above our heads is not a banner
Scaling this leafy architecture
we say wind / night sky / moon / clouds / stars
if silver stands for syncopation
indeed, symphonic dailiness is felt order
I have felt it at the back of me,
light on the table, the book open
If we struggle for a name
if colors change
if mood is connected to naming, to color
If say a ship’s in deep water
and a piece of sky empties the mind
or when I was frigate-tossed
if I wanted to go all over a word
and live inside its name, so be it
There is my body and the idea of my body
the surf breaking and the picture of a wave
From: The Outernationale
A PANIC THAT CAN STILL COME UPON ME
Sponsors
Partners
LantarenVenster – Verhalenhuis Belvédère