Gedicht
Maurice Gilliams
SOURCES OF INSOMNIA III
She-wolf and wolf in the wintery bedwhen the howling of hearts shrinks to whispers:
from their fears twine names in the dark,
their wine tastes of the lamb’s blood.
The nights are like those in parental times,
piled up on the house weigh the ruins of the temple;
and where through a shadow a light beam flashes
the illusion wastes into mildewy walls.
The dreamed baby hand sleeps within us;
his little pulse beats as in distress the chests
of birds that one sadly must set free.
Together, under the flag of the bed sheet,
as after a battle we lie on the bier.
Maria’s hand rests on my graying hair.
© Translation: 2006, Marian de Vooght & Green Integer
From: The Bottle at Sea: Complete poems and Journal Fragments
Publisher: Green Integer, Los Angeles, 2006
From: The Bottle at Sea: Complete poems and Journal Fragments
Publisher: Green Integer, Los Angeles, 2006
BRONNEN DER SLAPELOOSHEID III
BRONNEN DER SLAPELOOSHEID III
Wolvin en wolf in ’t winters ledikantals het gehuil des harten krimpt tot fluistren:
uit de angsten ranken namen op in ’t duister
met in hun wijn de bloedsmaak van het lam.
Als in de tijd van de ouders zijn de nachten,
op ’t huis gestapeld drukt het tempelpuin;
en waar een lichtstraal door een schaduw suist
bederft de waan tot schimmel op de wanden.
’t Gedroomde kinderhandje slaapt in ons;
zijn polsje klopt gelijk in nood de borst
der vogels die men treurig vrij moet laten.
Samen, onder de vlag van ’t beddelaken,
als na een veldslag zijn wij opgebaard.
Maria’s hand rust op mijn grauwend haar.
© 1956, Vita Brevis Foundation
From: Verzamelde gedichten
Publisher: Meulenhoff, Amsterdam
From: Verzamelde gedichten
Publisher: Meulenhoff, Amsterdam
Gedichten
Gedichten van Maurice Gilliams
Close
BRONNEN DER SLAPELOOSHEID III
Wolvin en wolf in ’t winters ledikantals het gehuil des harten krimpt tot fluistren:
uit de angsten ranken namen op in ’t duister
met in hun wijn de bloedsmaak van het lam.
Als in de tijd van de ouders zijn de nachten,
op ’t huis gestapeld drukt het tempelpuin;
en waar een lichtstraal door een schaduw suist
bederft de waan tot schimmel op de wanden.
’t Gedroomde kinderhandje slaapt in ons;
zijn polsje klopt gelijk in nood de borst
der vogels die men treurig vrij moet laten.
Samen, onder de vlag van ’t beddelaken,
als na een veldslag zijn wij opgebaard.
Maria’s hand rust op mijn grauwend haar.
© 1956, Vita Brevis Foundation
From: Verzamelde gedichten
Publisher: 1993, Meulenhoff, Amsterdam
From: Verzamelde gedichten
Publisher: 1993, Meulenhoff, Amsterdam
SOURCES OF INSOMNIA III
She-wolf and wolf in the wintery bedwhen the howling of hearts shrinks to whispers:
from their fears twine names in the dark,
their wine tastes of the lamb’s blood.
The nights are like those in parental times,
piled up on the house weigh the ruins of the temple;
and where through a shadow a light beam flashes
the illusion wastes into mildewy walls.
The dreamed baby hand sleeps within us;
his little pulse beats as in distress the chests
of birds that one sadly must set free.
Together, under the flag of the bed sheet,
as after a battle we lie on the bier.
Maria’s hand rests on my graying hair.
© 2006, Marian de Vooght & Green Integer
From: The Bottle at Sea: Complete poems and Journal Fragments
Publisher: 2006, Green Integer, Los Angeles
From: The Bottle at Sea: Complete poems and Journal Fragments
Publisher: 2006, Green Integer, Los Angeles
Sponsors
Partners
LantarenVenster – Verhalenhuis Belvédère