Sasja Janssen
"Virgula, when the hours fall through the ceiling"
Virgula,
when the hours fall through the ceiling in the late front room
with a view over the courtyard with its hundreds of knee-high plants
and flat orchids, they scare me
when the hours fall through the ceiling and you take cover beneath my writing table
and the mirror expires in shards on my wooden floor
when the hours fall through the ceiling, I leave you behind, go through the hounded
grasses and my breast spied in an oil-shined pond
she floats next to a lily named Victoria, that sometimes blooms white
and smells of pineapple, I catch my breast with a butterfly net
like the lily a small child with her leaf, that sometimes blooms pink
surrounded by trees with writerly names like the handkerchief tree,
bitternut hickory, date-plum, but now I have regret on my hand
where it shrivels from ray to sweetbread
that’s the cancer? I ask her, but my heart stings and the next night I make
the hours kneel but my breast is gone, perhaps returned to the crime scene
the way you always do with me, where the night smells of apple vinegar
where they keep the curtains open in front of a building with a flickering eye
at the top, where a woman without organs screams
and on the toilet a man clutches his head, wails for an angel.
and I am closed in by a curtain as though I have to take a bed bath
but the nurses wheel in a mirror for me
in which I never see my breast again and in the night I limp to the pond
and glide into it but I keep finding my body on that toilet with angel’s hair
until I have told Victoria a few more times about her victories and defeats,
the plants observe me from their lowly position, until I see the lily unfolding a child
and again nothing said that can’t be said without a breast
in a bygone front room without light, oh Virgula.
Publisher: , , 2022
"Virgula, als de uren door het plafond vallen"
Virgula,
als de uren door het plafond vallen in de late voorkamer
met uitzicht op de binnentuin met honderden kniehoge planten
en platte judashanden, ze jagen me angst aan
als de uren door het plafond vallen en jij je verschanst onder mijn schrijftafel
en de spiegel sterft in scherven op mijn houten vloer
als de uren door het plafond vallen, ik jou achterlaat, door de opgejaagde
grassen ga en mijn borst bespied in een olieblinkende vijver
ze dobbert naast een lelie die Victoria heet, die bloeit soms wit
en geurt naar ananas, ik vang mijn borst met een vlindernet
zoals de lelie een klein kind met haar blad, die bloeit soms roze
omringd door bomen met schriftelijke namen als zakdoekjesboom,
bitternoot, godenpeer, maar ik heb nu spijt op mijn hand,
waar ze verschrompelt van rog tot zwezerik
dat is de kanker, vraag ik haar, mijn hart steekt en de nacht erop laat ik
de uren knielen maar mijn borst is weg, misschien naar de plaats delict
zoals jij altijd doet met mij, waar de nacht ruikt naar appelazijn
waar ze de gordijnen openhouden voor een gebouw met flakkerend oog
aan zijn top, waar een vrouw zonder organen schreeuwt
en op het toilet houdt een man zijn hoofd vast, het jammert om een engel.
en ik ben ingesloten door een gordijn alsof ik me in bed moet douchen
maar de zusters rijden me een spiegel voor
waarin ik mijn borst nooit meer zie en ik ziekwandel in de nacht naar de vijver
waarin ik glijd maar vind steeds mijn lichaam terug op dat toilet met engelenhaar
tot ik Victoria nog een paar keer vertel over haar overwinningen en nederlagen,
de planten kijken me vanuit hun laagte aan, tot ik zie hoe de lelie een kind uitvouwt
en weer niks gezegd wat niet gezegd kon worden zonder borst
in een voorbije voorkamer zonder licht, o Virgula.
From: Virgula
Publisher: Querido, Amsterdam
"Virgula, als de uren door het plafond vallen"
Virgula,
als de uren door het plafond vallen in de late voorkamer
met uitzicht op de binnentuin met honderden kniehoge planten
en platte judashanden, ze jagen me angst aan
als de uren door het plafond vallen en jij je verschanst onder mijn schrijftafel
en de spiegel sterft in scherven op mijn houten vloer
als de uren door het plafond vallen, ik jou achterlaat, door de opgejaagde
grassen ga en mijn borst bespied in een olieblinkende vijver
ze dobbert naast een lelie die Victoria heet, die bloeit soms wit
en geurt naar ananas, ik vang mijn borst met een vlindernet
zoals de lelie een klein kind met haar blad, die bloeit soms roze
omringd door bomen met schriftelijke namen als zakdoekjesboom,
bitternoot, godenpeer, maar ik heb nu spijt op mijn hand,
waar ze verschrompelt van rog tot zwezerik
dat is de kanker, vraag ik haar, mijn hart steekt en de nacht erop laat ik
de uren knielen maar mijn borst is weg, misschien naar de plaats delict
zoals jij altijd doet met mij, waar de nacht ruikt naar appelazijn
waar ze de gordijnen openhouden voor een gebouw met flakkerend oog
aan zijn top, waar een vrouw zonder organen schreeuwt
en op het toilet houdt een man zijn hoofd vast, het jammert om een engel.
en ik ben ingesloten door een gordijn alsof ik me in bed moet douchen
maar de zusters rijden me een spiegel voor
waarin ik mijn borst nooit meer zie en ik ziekwandel in de nacht naar de vijver
waarin ik glijd maar vind steeds mijn lichaam terug op dat toilet met engelenhaar
tot ik Victoria nog een paar keer vertel over haar overwinningen en nederlagen,
de planten kijken me vanuit hun laagte aan, tot ik zie hoe de lelie een kind uitvouwt
en weer niks gezegd wat niet gezegd kon worden zonder borst
in een voorbije voorkamer zonder licht, o Virgula.
From: Virgula
Publisher: 2021, Querido, Amsterdam
"Virgula, when the hours fall through the ceiling"
Virgula,
when the hours fall through the ceiling in the late front room
with a view over the courtyard with its hundreds of knee-high plants
and flat orchids, they scare me
when the hours fall through the ceiling and you take cover beneath my writing table
and the mirror expires in shards on my wooden floor
when the hours fall through the ceiling, I leave you behind, go through the hounded
grasses and my breast spied in an oil-shined pond
she floats next to a lily named Victoria, that sometimes blooms white
and smells of pineapple, I catch my breast with a butterfly net
like the lily a small child with her leaf, that sometimes blooms pink
surrounded by trees with writerly names like the handkerchief tree,
bitternut hickory, date-plum, but now I have regret on my hand
where it shrivels from ray to sweetbread
that’s the cancer? I ask her, but my heart stings and the next night I make
the hours kneel but my breast is gone, perhaps returned to the crime scene
the way you always do with me, where the night smells of apple vinegar
where they keep the curtains open in front of a building with a flickering eye
at the top, where a woman without organs screams
and on the toilet a man clutches his head, wails for an angel.
and I am closed in by a curtain as though I have to take a bed bath
but the nurses wheel in a mirror for me
in which I never see my breast again and in the night I limp to the pond
and glide into it but I keep finding my body on that toilet with angel’s hair
until I have told Victoria a few more times about her victories and defeats,
the plants observe me from their lowly position, until I see the lily unfolding a child
and again nothing said that can’t be said without a breast
in a bygone front room without light, oh Virgula.
Publisher: 2022, ,