Gedicht
Charl-Pierre Naudé
ALTER EGO
ALTER EGO
De trap naar zolder kan me nu nog in verrukking brengen.Waar rekken raadsels uit kinderjaren zich uitstrekken en de guillotine
van het smalle heldere luik aan de verste kant soms zo valt
dat veren uit het schemer zakken, en de schrik
alles een ogenblik doet scharrelen, daar heb ik weer
gestaan: gebogen. Oude deuren waardoor niemand binnengaat
en verroeste kozijnen die niet sluiten of klepperen
lagen terzijde, kettingen, reistassen die verweren
in het geheugen. Van nergens bladerde een bries
door een jeugdboek. Bij het splinterlicht van een lucifer
staart een schaduwgezicht, vol schijnroet, armoedig
naar mij terug uit een heel oude spiegel, halfvergeten.
‘Het spookt op zolder,’ zei ma. Zo moest ik naar beneden
terugkeren, een halve zwarte, vanuit het geweten.
© Vertaling: 2000, Robert Dorsman
ALTER EGO
Die trappe na die solder kan my nou nog verruk.Waar rakke raaisels uit kindsdae span en die smal,
helder luik aan die ver ent se guillotine soms val
dat vere uit die skemer sak, en die skrik
al’s ’n oomblik laat skarrel, het ek weer
gestaan: geboë. Ou deure waardeur niemand stap
en verroeste rame wat nie sluit of klap nie
het eenkant gelê, kettings, reistasse wat verweer
in die geheue. Van nêrens het ’n bries gepluk
deur ’n jeugboek. By ’n vuurhoutjie se flenterlig
staar ’n skadu-gesig, vol skynroet, armoedig
na my terug uit ’n óú spieël, halfvergete.
‘Die solder spook,’ het Ma gesê. Ek moes so terugkeer
na onder, ’n half-swarte, vanuit die gewete.
© 2000, Charl-Pierre Naudé
Gedichten
Gedichten van Charl-Pierre Naudé
Close
ALTER EGO
De trap naar zolder kan me nu nog in verrukking brengen.Waar rekken raadsels uit kinderjaren zich uitstrekken en de guillotine
van het smalle heldere luik aan de verste kant soms zo valt
dat veren uit het schemer zakken, en de schrik
alles een ogenblik doet scharrelen, daar heb ik weer
gestaan: gebogen. Oude deuren waardoor niemand binnengaat
en verroeste kozijnen die niet sluiten of klepperen
lagen terzijde, kettingen, reistassen die verweren
in het geheugen. Van nergens bladerde een bries
door een jeugdboek. Bij het splinterlicht van een lucifer
staart een schaduwgezicht, vol schijnroet, armoedig
naar mij terug uit een heel oude spiegel, halfvergeten.
‘Het spookt op zolder,’ zei ma. Zo moest ik naar beneden
terugkeren, een halve zwarte, vanuit het geweten.
© 2000, Robert Dorsman
ALTER EGO
Sponsors
Partners
LantarenVenster – Verhalenhuis Belvédère