Poetry International Poetry International
Gedicht

Ken Babstock

AVALON, HELICOPTER

AVALON, HELIKOPTER

Ochtend ontwijd, de kwak-
zalverij van mist. Vocht condenseert
om zwevende zoutkorrels, het is wolk
als we het silhouet ontwaren
 
van een eend. Spuug, de lucht
raakt oververzadigd en spuugt terug. Meeuwen voorbij
de eerste sluier: clowntoeter met staaldraad
aan het stuur gesnoerd –
 
Heremietlijster op de hekpaal nabij, omkraalde
meniscus in de gebleekte injectienaald.
Elektroshock, stoffer, smet. Uitgelokte abluties van een kraai.
Als Berkeley, naar we hopen, de inhoud ontvormd heeft, en ideeën
 
gelijk aan dingen zijn, is hier, op een porseleinen zwam
ontsproten aan elektriciteitskabels, de som van alle eerdere veronderstellingen
over essentie. Spons op begane grond,
mysterieuze massa, mossige ottomanes en ieders toevoeging
 
die wegscheert van eerste toevoegingen. Wilde roos,
tinnen putdeksel, paarse iris in de wirwar van de jeneverbes waar een kreek
tevoorschijn blubbert van boven op het kaapse maanlandschap.
Muis en uil. Banketbakkers-
 
tafel van zwarte schalie waaruit het potdeksel ploft.
Toets* verloren pik waaruit een wesp druppelt.

Wie het ook was plunderde het knekelhuis bouwde
deze weidepaaldinges voor de antipodische katrol van de waslijn.
 
Uitgebrand wrak. Hoe noemen ze dat hier?
Anti-lekbeker in de schuur
bij de kettingzaag en de verdonkeremaande roeispaan.
Terwijl hij daarbuiten het Bakelieten oppervlak breekt,
 
buigt een vinvis zich naar de eerste en enige
poort – twee futen –
van zijn zen-reuzenslalom. Op dag één
van de thuisvisserij, Michael, boven een bord
kabeljauw, “Het werkelijke is niet iets van de psyche,
het is psychisch” terwijl de puptent smakt, anker ophaalt.
 
Avond is een scheut kinderen op hun moerasracers,
Cola van Big 8**, de dew-linie***, Sikorskybouten****,
Purity-crackers*****, Wikileaks en arctische mist.

AVALON, HELICOPTER

Morning desacralized, the quack
science of fog. Moisture condensing
around airborne granules of salt, it’s cloud
when we make out the silhouette
 
of a duck. Spit, the air
hits supersaturation and spits back. Gulls beyond
the first veil: clown’s horn lashed
to the handlebars with stiff wire —
 
Hermit thrush on the near fencepost, beaded
meniscus in the bleached syringe.
Electroshock, duster, blot. One crow’s drawn-out ablutions.
If Berkeley, as we hope, misfigured the contents, and ideas
 
are like other things, here, on a porcelain toadstool
sprouted from powerlines, is the sum of all past assertions
on essence. Underfoot sponge,
mystery mounds, moss ottomans, and everyone’s addition
 
shearing away from first additions. Wild rose,
tin well cap, purple iris in the juniper tangle where a brook
bogs out from up on the cape’s moonscape.
Shrew and owl. Confectioners
 
table of black shale where the clapboard claps out.
Tut’s lost prick a wasp drips out of.
 
Whoever it was ransacked the ossuary built
this hitching post doohicky for the clothesline’s antipodal pulley.
 
Scalded wrack. What’s the local term?
Sippy cup in the shed
near the chainsaw and widowed oar.
Breaking the Bakelite surface out there,
 
a minke bends into the first, the only,
race gate — two grebes —
of his zen GS. On day one
of the home fishery, Michael, over a platter
of cod, “The real is not mental,
it’s mental” as the pup tent fwaps, lifts anchor.
 
Evening’s a tranche of kids on bog bikes,
Big 8 Cola, the dew line, Sikorski bolts,
Purity Crackers, WikiLeaks, and sea smoke.
Ken Babstock

Ken Babstock

(Canada, 1970)

Landen

Ontdek andere dichters en gedichten uit Canada

Gedichten Dichters

Talen

Ontdek andere dichters en gedichten in het Engels

Gedichten Dichters
Close

AVALON, HELIKOPTER

Ochtend ontwijd, de kwak-
zalverij van mist. Vocht condenseert
om zwevende zoutkorrels, het is wolk
als we het silhouet ontwaren
 
van een eend. Spuug, de lucht
raakt oververzadigd en spuugt terug. Meeuwen voorbij
de eerste sluier: clowntoeter met staaldraad
aan het stuur gesnoerd –
 
Heremietlijster op de hekpaal nabij, omkraalde
meniscus in de gebleekte injectienaald.
Elektroshock, stoffer, smet. Uitgelokte abluties van een kraai.
Als Berkeley, naar we hopen, de inhoud ontvormd heeft, en ideeën
 
gelijk aan dingen zijn, is hier, op een porseleinen zwam
ontsproten aan elektriciteitskabels, de som van alle eerdere veronderstellingen
over essentie. Spons op begane grond,
mysterieuze massa, mossige ottomanes en ieders toevoeging
 
die wegscheert van eerste toevoegingen. Wilde roos,
tinnen putdeksel, paarse iris in de wirwar van de jeneverbes waar een kreek
tevoorschijn blubbert van boven op het kaapse maanlandschap.
Muis en uil. Banketbakkers-
 
tafel van zwarte schalie waaruit het potdeksel ploft.
Toets* verloren pik waaruit een wesp druppelt.

Wie het ook was plunderde het knekelhuis bouwde
deze weidepaaldinges voor de antipodische katrol van de waslijn.
 
Uitgebrand wrak. Hoe noemen ze dat hier?
Anti-lekbeker in de schuur
bij de kettingzaag en de verdonkeremaande roeispaan.
Terwijl hij daarbuiten het Bakelieten oppervlak breekt,
 
buigt een vinvis zich naar de eerste en enige
poort – twee futen –
van zijn zen-reuzenslalom. Op dag één
van de thuisvisserij, Michael, boven een bord
kabeljauw, “Het werkelijke is niet iets van de psyche,
het is psychisch” terwijl de puptent smakt, anker ophaalt.
 
Avond is een scheut kinderen op hun moerasracers,
Cola van Big 8**, de dew-linie***, Sikorskybouten****,
Purity-crackers*****, Wikileaks en arctische mist.

AVALON, HELICOPTER

Sponsors
Gemeente Rotterdam
Nederlands Letterenfonds
Stichting Van Beuningen Peterich-fonds
Prins Bernhard cultuurfonds
Lira fonds
Versopolis
J.E. Jurriaanse
Gefinancierd door de Europese Unie
Elise Mathilde Fonds
Stichting Verzameling van Wijngaarden-Boot
Veerhuis
VDM
Partners
LantarenVenster – Verhalenhuis Belvédère