Dichter
Yanko González
Yanko González
(Chili, 1971)
© Carsten Maltendorf
Biografie
Yanko González (Santiago de Chile, 1971) is dichter, doctor in de Sociale en Culturele Antropologie, en sinds 2011 decaan van de Faculteit Letteren en Wijsbegeerte van de Universidad Austral de Chile (Valdivia).
In zijn tweede bundel, Alto Volta (2007), gebruikt Yanko González de voormalige Franse kolonie Haute Volta in West-Afrika als imaginaire snijtafel, om een ontluisterende verzameling xenofobe en racistische discoursen en andersoortig buitensluitend taalgebruik te ontleden. Zoals dat van een willekeurige Chileense, door haar schoonmaakster of oppas aangesproken als ‘mevrouw Carmen’, die niet begrijpt dat haar ‘china’(1) zich beledigd voelt op het moment dat ze haar snauwend toeroept: ‘– noem me geen mevrouw! / noem me carmen [...] / maar niet ‘cam-men’ zoals jij doet’.
Saillant detail voor ons als Nederlandse lezers: de naam Pim Fortuyn prijkt in de titel van een van de gedichten naast die van Ignacy Domeyko, een Poolse geoloog die in 1848 de Chileense nationaliteit kreeg toegewezen als dank voor zijn verdiensten voor het land. Door hun namen naast elkaar te plaatsen in ‘Domeyko & Pim Fortuyn’ komen ze als het ware symbool te staan voor twee uitersten in de beeldvorming over immigratie. Immigratie als import van kennis en welvaart in het eerste geval, en, in het tweede, als invasie van achtergesteldheid en armoede.
González’ meest recente bundel, Elabuga (2011), ontleent zijn naam aan de Russische plaats Jelaboega waar dichteres Marina Tsvetajeva in 1941 zelfmoord pleegde. Ze verhing zich, en precies aan die macabere daad, zelfdoding door verhanging, is het werk gewijd. González leest er een vorm van verzet in. In een interview noemt hij het, in navolging van Thomas Bernhard, een manier om het leven te ‘corrigeren’, maar dan niet zozeer het individuele bestaan als wel het sociale en maatschappelijke bestaan.
Dit laatste werk is met een totaal aantal van veertien gedichten een stuk minder omvangrijk dan de eerdere bundels, maar daarom niet minder indrukwekkend: het is op groot formaat uitgegeven en op de schutbladen staan door bevriende dichters geschreven necrologieën van de auteur zelf, tegen de achtergrond van een in kleur afgedrukte grijze, betonnen muur. Bizar? Ja best wel. Maar het getuigt ook precies van de schrijnende humor waarvan Yanko González’ bundels doorspekt zijn en van de unieke wijze waarop hij het maatschappelijke persoonlijk weet te maken.
(1) Het woord ‘china’ (‘Chinese’) wordt in Chili onder andere gebruikt als synoniem voor ‘dienstmeisje’ en verwijst naar een vrouw met inheemse trekken. Een frappant voorbeeld van een woord waarin racisme en klassenongelijkheid tegelijkertijd tot uitdrukking komen.
© Bodil Kok (Translated by Michele Hutchison)
BibliografiePoëzie
Metales Pesados, Ediciones El Kultrún, Valdivia, 1998
Alto Volta, Ediciones El Kultrún, Valdivia, 2007
Me tradujo González, Ediciones Vox, Bahía Blanca, 2008 (bloemlezing)
Elabuga, Ediciones El Kultrún, Valdivia, 2011
Non-fictie
Héroes civiles & santos laicos: palabra y periferia : trece entrevistas a escritores del sur de Chile, Ediciones Barba de Palo, Valdivia, 1999
Bloemlezingen
Voz sero. Antología poesía joven, Ediciones Barba de Palo, Valdivia, 1994
Carne Fresca. Poesía Chilena Reciente (met Pedro Araya), Ediciones Desierto, San Luis Potosí, 2002
Zurdos. Última poesía latinoamericana (met Pedro Araya), Ediciones Paradiso, Buenos Aires, 2004 / Bartleby Editores, Madrid, 2005
Vertaling
Charles Bukowski, La Muerte Se Está Fumando Mis Cigarros (met Pedro Araya), Ediciones Bajo el Volcán, Santiago de Chile, 1996
Gedichten
Gedichten van Yanko González
Sponsors
Partners
LantarenVenster – Verhalenhuis Belvédère