Dichter
Mourid Barghouti
Mourid Barghouti
(Palestina, 1944)
Biografie
Mourid Barghouti, geboren in 1944 in een dorp bij Ramallah, kan met recht een dichter in ballingschap worden genoemd. Zijn eerste ballingschap begon toen hij in 1967 in Cairo studeerde en de Westoever voor hem gesloten werd. In 1976 verbande Egypte hem en daarna deden Libanon en Jordanië hetzelfde. In Egypte liet hij zijn vrouw Radwa Ashour achter, die bekend is als schrijfster en als vertaalster van gedichten, en de 5 maanden oude zoon Tamim, die in 2002 de gast bij Poetry International te gast was.
Mourid Barghouti heeft een afkeer van retoriek en mooie woorden. Zijn bundel Trottoirgedichten uit 1980, schreef hij, naar eigen zeggen, “(…) met een camera, visueel, concreet zonder abstracte zelfstandig naamwoorden. Zijn weerzin tegen retoriek is ook zichtbaar in de bundel Middernacht en andere gedichten 2005. Ondanks de wanhoop die hij in deze gedichten verwoordt, bevat deze bundel geen propaganda en geen polemiek, maar wel aangrijpende treurdichten, bijtende ironie en galgenhumor.
De volgende regels, zegt Barghouti, schreef hij eigenlijk voor zichzelf alsof hij zijn afkeer van retoriek nog eens wilde bevestigen.
De stilte zei
de waarheid heeft geen mooie woorden nodig
na de dood van zijn berijder
zegt het paard alles
als hij naar huis terugkeert
zonder iets te zeggen
In 1998 bezocht hij met zijn zoon Ramallah. Weerzien met Ramallah (Bulaaq, 2002) is de Nederlandse titel van het boek waarin hij dit bezoek beschrijft. Hij woont nu weer in Cairo.
Citaten ontleend aan The Guardian, 13 december 2008
© Kees Nijland (Translated by John Irons)
Mourid Barghouti was te gast op het 40e Poetry International Festival in 2009. Deze tekst werd ter gelegenheid van dat optreden geschreven.Publicaties (o.a.)
Collected Works (1997); I Saw Ramallah (2003); A Small Sun (2003); Muntasaf al-Layl (2005); Medianoche (2006); Midnight and Other poems (2008).
Gedichten
Gedichten van Mourid Barghouti
Sponsors
Partners
LantarenVenster – Verhalenhuis Belvédère