Dichter
H.H. ter Balkt
H.H. ter Balkt
(Nederland, 1938 - 2015)
© Tineke de Lange
Biografie
H.H. ter Balkt (1938) debuteerde als dichter met werk dat geworteld was in de landelijke boerse werkelijkheid van Oost-Nederland, zoals de titel Boerengedichten (1969) al meteen duidelijk maakte. Het landschap dat hij op dichterlijke wijze ontvouwde blijkt een constante in zijn inmiddels omvangrijke oeuvre. Net als de geschiedenis, de geschiedenis van de Lage Landen in het bijzonder. Op deze beide polen bouwt Ter Balkt een wervelend en meeslepend taalbouwwerk waarin rock ‘n roll, oud gereedschap, voedsel en gewassen, historische personen, machines, en niet te vergeten de rook van brandstapels, van de revolutie, de tabak en de industrieën in een overdonderend verband samenkomen.
Piet Gerbrandy schreef over Ter Balkts poëzie dat deze “wordt gekenmerkt door een in ons taalgebied zelden geëvenaarde vrijheid.” Hij constateert ook hoe geraffineerd Ter Balkt de werkelijkheid (de historische en de actuele) in zijn werk opneemt. Zelf schreef Ter Balkt daarover in De gedenatureerde delta (2007): “Het gedicht is nooit autonoom. Het kan dat ook niet zijn, want het is van de wereld; niet van de onderwereld of uit de werkplaats van de vreugdeloze makers. Het zal in en van de wereld zijn of het zal niet zijn.”
En in die wereld die per definitie veranderlijk is, is ook het werk van Ter Balkt aan verandering onderhevig. Hij herschrijft nogal eens de nodige gedichten. Dat wijst er niet op, zoals Gerbrandy in zijn proefschrift over het werk van Ter Balkt en Hamelink uiteenzet, dat de gedichten in hun gepubliceerde vorm niet goed genoeg zijn, maar dat ze gezien moeten worden als onderdeel van het historisch proces dat ze zelf becommentariëren.
Zoals Ter Balkt in het gedicht ‘Hakselmachines op de horizon’, uit zijn laatste voor de VSB Poëzieprijs genomineerde bundel Viegtuigmagneet zegt: “Op de horizon herkauwen onmerkbaar hakselmachines wat hun invalt.”
Om na sublieme zinnen en beelden over veranderlijkheid en stilstand te besluiten met: “Als gesternte straalt / wat blijvend moet zijn, in de wereld en ons.”
H.H. ter Balkt ontving twee belangrijke oeuvreprijzen: de Constantijn Huygensprijs in 1998 en de P.C. Hooftprijs in 2003.
© Erik Lindner (en) / Jan Baeke (nl) (Translated by John Irons)
Selectie PoëziebundelsBoerengedichten, De Bezige Bij, Amsterdam, 1969
Uier van ‘t oosten, De Bezige Bij, Amsterdam, 1970
Hemellichten, De Bezige Bij, Amsterdam, 1983
Aardes deuren, De Bezige Bij, Amsterdam, 1987
In de kalkbranderij van het absolute, De Bezige Bij, Amsterdam, 1990
Ode aan de Grote Kiezelwal, De Bezige Bij, Amsterdam, 1992
De Waterwingebieden: gedichten 1953 - 1999, De Bezige Bij, Amsterdam, 2000
Laaglandse hymnen, De Bezige Bij, Amsterdam, 2003
Anti-canto’s en De Astatica, De Bezige Bij, Amsterdam, 2004
Vuur, De Bezige Bij, Amsterdam, 2008
Vliegtuigmagneet, De Bezige Bij, Amsterdam, 2011
Hee hoor mij ho simultaan op de brandtorens, De Bezige Bij, Amsterdam, 2014
Stilstaand leeft alles hier, samengesteld door Alfred Schaffer, De Bezige Bij, Amsterdam, 2019.
Gedichten
Gedichten van H.H. ter Balkt
Sponsors
Partners
LantarenVenster – Verhalenhuis Belvédère