Felix Chow
Guo
Guo
Oorsprong stroomt diep de aarde in.
De inkt lekt door, Vermiljoen en roestig, bindt namen aan het leven.
Schaakstuk tikt tegen marmeren bord
Tiu! Jouw kleinzoon ook?
Ik deel zijn naam. Ik draag zijn naam.
Zoals Kongzi zei: er bestaat een orde.
Eerst het zelf, dan de familie
dan pas je thuisland.
Mijn naam is een geschilderde ironie.
Guo Kueng. Sterk Land.
Oorsprong stroomt diep door de aarde.
Rijke, rode grond. Jonge vingers verkennen de weg.
In het puin van het zelf,
iets anders?
Neem me mee terug naar de Ziekenkamer.
Guo Xiong tilt me op
en noemt me zoon. Hij weet
dat er iets te zeggen valt voor voltooiing.
O vader,
ik kan uw naam amper dragen.
Guo
Origin runs deep into the soil.
Ink strokes bleed through, Vermilion and rusty, chaining names to life.
Chess piece clicks on marble board
Tiu! Your grandson too?
I share his name. I bear his name.
As Kongzi said, there is an order.
First the self, then the family
only then your country.
My name is a painted irony.
Guo Keung. Strong Country.
Origin runs deep in the soil.
Rich, red earth. Young fingers probe the way.
In the debris of the self,
something else?
Take me back to the Hospital room.
Guo Xiong lifts me up
and calls me son . He knows
there is something in completion.
Oh father,
I can barely carry your name.
Guo
Oorsprong stroomt diep de aarde in.
De inkt lekt door, Vermiljoen en roestig, bindt namen aan het leven.
Schaakstuk tikt tegen marmeren bord
Tiu! Jouw kleinzoon ook?
Ik deel zijn naam. Ik draag zijn naam.
Zoals Kongzi zei: er bestaat een orde.
Eerst het zelf, dan de familie
dan pas je thuisland.
Mijn naam is een geschilderde ironie.
Guo Kueng. Sterk Land.
Oorsprong stroomt diep door de aarde.
Rijke, rode grond. Jonge vingers verkennen de weg.
In het puin van het zelf,
iets anders?
Neem me mee terug naar de Ziekenkamer.
Guo Xiong tilt me op
en noemt me zoon. Hij weet
dat er iets te zeggen valt voor voltooiing.
O vader,
ik kan uw naam amper dragen.