Poetry International Poetry International
Gedicht

Xavier Roelens

Yes

it steps.
it sits.

it comes after it sits, it sets after it eyes,
it eyes in it laughs, it snicks. It turns and it turns
towards it moves-not-moves. It presses
on it sends to it moves-not-moves.
It presses on it sends

to it moves-not-moves.
It presses on it sends to it moves-not-moves.
It handies on it presses, it puts down on it tables, it hoists
to it moves-not-moves, it looks and it looks. It blinks
and it blinks. It looks and it looks.

It handies on it feels, it glistens, it rises to it thinks,
it drops to it knows, it shifts it dozes it softens,
it handies in it wriggles, it unhandies.

It chafes, it kneels
but it thinks, it eyes in it smiles, it smiles in it eyes.
It tarts on it tarts.
It arms, it itches on it shrinks, it laughs
and it pushes and pulls

it pushes and pulls and pushes and laughs and pulls, it arms. It talks.
It talks on it talks on it talks on it talks. It stretches, it pushes
on it sends to it moves-not-moves. It blackens.

It places on it tables.
It turns to it turns, it tarts on it tarts,
it opens on it opens it circles round it circles round it circles round it
circles,
it dives under it creases, it slackens it reds, it lefts it
thinks,
it tarts up it tarts, it tarts up it throbs, it tarts up it thinks, it slobbers.

It dives up, it softens and softens.

It talks on it talks,
it stands straight by it stands straight,
it steps behind steps behind steps behind steps behind steps behind
grabs, it grabs and it groans, it falls next to it falls till it caves.

It arms round it hobbles, it handies on it hobbles, it circles,
it circles to it circles, it arms, it tarts up it tarts, it arms,
it pushes against pushes.

It slides over feels over slides and softens it softens,
and it loops, it loops in it loops, it crawls under it creases, it
unravels,
it unravels and unravels and throws away, it overrides and throws out and away,
it slides and softens, it pushes against pushes, it tilts on it tilts, it tarts up
it tarts, it opens up it opens it circles round it circles, it unloads,

it unravels and unravels, it sags and sags, it slides and softens and
harders,
it pushes and slides under it creases, it lowers and loops and tilts, it spreads
and harders under it mounts, it bobs under rises it bobs under drops
it looks at it amounts it bobs under drops it bobs under rises
it bobs at it looks it bobs under rises it bobs under drops
it bobs under rises it bobs under drops it bobs under rises
it bobs under cracks it bobs and it cracks
it gets and it cracks it gets it cracks
it gets it cracks it gets
it creaks it gets it creaks
it it,
it it.
It.

Ja

Ja

het stapt.
het zit.

het komt naast het zit, het zet naast het oogt,
het oogt in het lacht, het knipt. Het draait en het draait
naar het beweegt-niet-beweegt. Het duwt
op het verzendt naar het beweegt-niet-beweegt.
Het duwt op het verzendt

naar het beweegt-niet-beweegt.
Het duwt op het verzendt naar het beweegt-niet-beweegt.
Het handigt op het duwt, het legt neer op het tafelt, het heft
naar het beweegt-niet-beweegt, het kijkt en het kijkt. Het knippert
en het knippert. Het kijkt en het kijkt.

Het handigt op het voelt, het glimt, het stijgt naar het denkt,
het daalt naar het weet, het schuift het versoest het zachtert,
het handigt in het kronkelt, het onhandigt.

Het schurkt, het knielt
met het denkt, het oogt in het lacht, het lacht in het oogt.
Het tuit op het tuit.
Het armt, het kriebelt op het krimpt, het lacht
en het duwt en trekt

en duwt en trekt en duwt en lacht en trekt, het armt. Het praat.
Het praat op het praat op het praat op het praat. Het strekt, het duwt
op het verzendt naar het beweegt-niet-beweegt. Het zwart.

Het legt neer op het tafelt.
Het draait naar het draait, het tuit op het tuit,
het opent op het opent het cirkelt rond het cirkelt rond het cirkelt rond het cirkelt,
het duikt onder het kreukt, het lost het roodt, het verschuift naar links het denkt,
het tuit op het tuit, het tuit op het bonst, het tuit op het denkt, het lebbert.

Het duikt boven, het zachtert en zachtert.

Het praat op het praat,
het staat recht bij het staat recht,
het stapt achter stapt achter stapt achter stapt achter stapt achter
grijpt, het grijpt en het grient, het valt naast het valt tot het inzakt.

Het armt rond het hobbelt, het handigt op het hobbelt, het cirkelt,
het draait naar het cirkelt, het armt, het tuit op het tuit, het armt,
het duwt tegen duwt.

Het schuift over voelt over schuift en zachtert het zachtert
en het haakt, het haakt in het haakt, het kruipt onder het kreukt, het ontknoopt,
het ontknoopt en ontknoopt en gooit weg, het heft op en over en gooit weg,
het schuift en zachtert, het duwt tegen duwt, het kantelt op het kantelt, het tuit op
het tuit, het opent op het opent het cirkelt rond het cirkelt, het lost,

het ontknoopt en ontknoopt, het zakt en zakt, het schuift en zachtert en hardert,
het duwt en schuift onder het kreukt, het daalt en haakt en kantelt, het spreidt
en hardert onder het bestijgt, het dobbert onder stijgt het dobbert onder daalt
het kijkt naar het stijgt het dobbert onder daalt het dobbert onder stijgt
het dobbert naar het kijkt het dobbert onder stijgt het dobbert onder daalt
het dobbert onder stijgt het dobbert onder daalt het dobbert onder stijgt
het dobbert onder kraakt het dobbert en het kraakt
het krijgt en het kraakt het krijgt het kraakt
het krijgt het kraakt het krijgt
het kraakt het krijgt het kraakt
het het,
het het.
Het.
Close

Ja

het stapt.
het zit.

het komt naast het zit, het zet naast het oogt,
het oogt in het lacht, het knipt. Het draait en het draait
naar het beweegt-niet-beweegt. Het duwt
op het verzendt naar het beweegt-niet-beweegt.
Het duwt op het verzendt

naar het beweegt-niet-beweegt.
Het duwt op het verzendt naar het beweegt-niet-beweegt.
Het handigt op het duwt, het legt neer op het tafelt, het heft
naar het beweegt-niet-beweegt, het kijkt en het kijkt. Het knippert
en het knippert. Het kijkt en het kijkt.

Het handigt op het voelt, het glimt, het stijgt naar het denkt,
het daalt naar het weet, het schuift het versoest het zachtert,
het handigt in het kronkelt, het onhandigt.

Het schurkt, het knielt
met het denkt, het oogt in het lacht, het lacht in het oogt.
Het tuit op het tuit.
Het armt, het kriebelt op het krimpt, het lacht
en het duwt en trekt

en duwt en trekt en duwt en lacht en trekt, het armt. Het praat.
Het praat op het praat op het praat op het praat. Het strekt, het duwt
op het verzendt naar het beweegt-niet-beweegt. Het zwart.

Het legt neer op het tafelt.
Het draait naar het draait, het tuit op het tuit,
het opent op het opent het cirkelt rond het cirkelt rond het cirkelt rond het cirkelt,
het duikt onder het kreukt, het lost het roodt, het verschuift naar links het denkt,
het tuit op het tuit, het tuit op het bonst, het tuit op het denkt, het lebbert.

Het duikt boven, het zachtert en zachtert.

Het praat op het praat,
het staat recht bij het staat recht,
het stapt achter stapt achter stapt achter stapt achter stapt achter
grijpt, het grijpt en het grient, het valt naast het valt tot het inzakt.

Het armt rond het hobbelt, het handigt op het hobbelt, het cirkelt,
het draait naar het cirkelt, het armt, het tuit op het tuit, het armt,
het duwt tegen duwt.

Het schuift over voelt over schuift en zachtert het zachtert
en het haakt, het haakt in het haakt, het kruipt onder het kreukt, het ontknoopt,
het ontknoopt en ontknoopt en gooit weg, het heft op en over en gooit weg,
het schuift en zachtert, het duwt tegen duwt, het kantelt op het kantelt, het tuit op
het tuit, het opent op het opent het cirkelt rond het cirkelt, het lost,

het ontknoopt en ontknoopt, het zakt en zakt, het schuift en zachtert en hardert,
het duwt en schuift onder het kreukt, het daalt en haakt en kantelt, het spreidt
en hardert onder het bestijgt, het dobbert onder stijgt het dobbert onder daalt
het kijkt naar het stijgt het dobbert onder daalt het dobbert onder stijgt
het dobbert naar het kijkt het dobbert onder stijgt het dobbert onder daalt
het dobbert onder stijgt het dobbert onder daalt het dobbert onder stijgt
het dobbert onder kraakt het dobbert en het kraakt
het krijgt en het kraakt het krijgt het kraakt
het krijgt het kraakt het krijgt
het kraakt het krijgt het kraakt
het het,
het het.
Het.

Yes

it steps.
it sits.

it comes after it sits, it sets after it eyes,
it eyes in it laughs, it snicks. It turns and it turns
towards it moves-not-moves. It presses
on it sends to it moves-not-moves.
It presses on it sends

to it moves-not-moves.
It presses on it sends to it moves-not-moves.
It handies on it presses, it puts down on it tables, it hoists
to it moves-not-moves, it looks and it looks. It blinks
and it blinks. It looks and it looks.

It handies on it feels, it glistens, it rises to it thinks,
it drops to it knows, it shifts it dozes it softens,
it handies in it wriggles, it unhandies.

It chafes, it kneels
but it thinks, it eyes in it smiles, it smiles in it eyes.
It tarts on it tarts.
It arms, it itches on it shrinks, it laughs
and it pushes and pulls

it pushes and pulls and pushes and laughs and pulls, it arms. It talks.
It talks on it talks on it talks on it talks. It stretches, it pushes
on it sends to it moves-not-moves. It blackens.

It places on it tables.
It turns to it turns, it tarts on it tarts,
it opens on it opens it circles round it circles round it circles round it
circles,
it dives under it creases, it slackens it reds, it lefts it
thinks,
it tarts up it tarts, it tarts up it throbs, it tarts up it thinks, it slobbers.

It dives up, it softens and softens.

It talks on it talks,
it stands straight by it stands straight,
it steps behind steps behind steps behind steps behind steps behind
grabs, it grabs and it groans, it falls next to it falls till it caves.

It arms round it hobbles, it handies on it hobbles, it circles,
it circles to it circles, it arms, it tarts up it tarts, it arms,
it pushes against pushes.

It slides over feels over slides and softens it softens,
and it loops, it loops in it loops, it crawls under it creases, it
unravels,
it unravels and unravels and throws away, it overrides and throws out and away,
it slides and softens, it pushes against pushes, it tilts on it tilts, it tarts up
it tarts, it opens up it opens it circles round it circles, it unloads,

it unravels and unravels, it sags and sags, it slides and softens and
harders,
it pushes and slides under it creases, it lowers and loops and tilts, it spreads
and harders under it mounts, it bobs under rises it bobs under drops
it looks at it amounts it bobs under drops it bobs under rises
it bobs at it looks it bobs under rises it bobs under drops
it bobs under rises it bobs under drops it bobs under rises
it bobs under cracks it bobs and it cracks
it gets and it cracks it gets it cracks
it gets it cracks it gets
it creaks it gets it creaks
it it,
it it.
It.
Sponsors
Gemeente Rotterdam
Nederlands Letterenfonds
Stichting Van Beuningen Peterich-fonds
Prins Bernhard cultuurfonds
Lira fonds
Versopolis
J.E. Jurriaanse
Gefinancierd door de Europese Unie
Elise Mathilde Fonds
Stichting Verzameling van Wijngaarden-Boot
Veerhuis
VDM
Partners
LantarenVenster – Verhalenhuis Belvédère