Gedicht
Shota Iatashvili
LYRICISM
Your lyricism is like a doll,You take its dress off and put it on, you comb it,
You hold it in one hand and turn it upside down
To make it shut its eyes,
And with the fingers of the other hand you take hold of its curled eyelashes
And make it open one of its eyes,
Which looks coldly
And has no definite colour –
You make it open, make it close
And you close it and open it again.
You get bored with it and you put it down facing you
On the table,
So that, as before, it can look at you
With its eyes wide open,
But you have ripped off its limbs
And fixed arms where there should be legs,
And legs, where there should be arms.
Yes, your lyricism is one of these dolls
With an upset stomach,
So upset that,
When you turn it upside down,
It can’t make another sound,
Let alone cry.
It only raises a single eyelid,
As if it is winking, and
Knows some secret – perhaps of life?
But you open your medicine chest
In response,
And you test its heart with a phonendoscope,
And give it an injection
In the place where the thigh joins the shoulder –
You inject it and feel
It calming down,
And yourself calming down,
For you realise,
Your lyricism must be this sort of doll
With its hair ruffled and
Sticky with morello cherry jam,
Wearing a dress,
With one eye knocked out,
With an upset stomach and
Arms and legs mixed up.
This sort of doll must be your lyricism,
Until you give up
Love,
Injections,
Dolls…
Playing with dolls.
© Translation: 2007, Donald Rayfield
LYRIEK
Je pop is lyriek,je trekt haar jurk uit en aan, je kamt haar,
je kantelt haar met een arm om,
zodat ze met haar ogen knippert,
met de vingers van je tweede hand
pluk je aan haar gekrulde wimpers
en trek je een oog open,
met een koude blik,
van een ongrijpbare kleur –
je trekt hem open en drukt hem dicht,
je drukt hem dicht en trekt hem open,
de verveling slaat toe en je zet haar weer voor je,
op de tafel,
je kijkt hoe ze je weer met grote ogen aanstaart,
je schroeft haar ledematen los
en verwisselt haar armen met haar benen,
haar benen met haar armen,
ziedaar, die pop van jou is lyriek,
met haar leeggelopen buik,
zo leeg dat ze bij het omkantelen niet eens meer huilt,
zelfs helemaal niets meer van zich laat horen,
ze tilt enkel nog één ooglid op,
het lijkt alsof ze even knipoogt
en een geheim – wie weet over het leven – te vertellen heeft,
maar jij slaat als antwoord
je dokterstas open
en luistert met de stethoscoop naar haar hartslag,
en je dient haar een spuitje toe,
in de bovenarm die aan de heup vastzit –
je dient het haar toe en je voelt
hoe ze tot rust komt,
en jij komt ook tot rust,
je begrijpt dat zo’n pop je lyriek moet zijn,
met haar haar in de war
in een jurk die vol kersenjam zit,
met een oog dat uit de kas is gevallen,
een leeggelopen buik en
armen en benen op de verkeerde plaats.
Zo’n pop moet je lyriek zijn,
zolang je je inlaat met
liefde,
spuitjes,
poppen,
het spelen met poppen.
© Vertaling: 2007, Ingrid Degraeve
ლირიკა
© 2004, Shota Iatashvili
From: pankari tsasji (‘Pencil in the Air ’)
Publisher: Caucasian House, Tbilisi
From: pankari tsasji (‘Pencil in the Air ’)
Publisher: Caucasian House, Tbilisi
Gedichten
Gedichten van Shota Iatashvili
Close
LYRIEK
Je pop is lyriek,je trekt haar jurk uit en aan, je kamt haar,
je kantelt haar met een arm om,
zodat ze met haar ogen knippert,
met de vingers van je tweede hand
pluk je aan haar gekrulde wimpers
en trek je een oog open,
met een koude blik,
van een ongrijpbare kleur –
je trekt hem open en drukt hem dicht,
je drukt hem dicht en trekt hem open,
de verveling slaat toe en je zet haar weer voor je,
op de tafel,
je kijkt hoe ze je weer met grote ogen aanstaart,
je schroeft haar ledematen los
en verwisselt haar armen met haar benen,
haar benen met haar armen,
ziedaar, die pop van jou is lyriek,
met haar leeggelopen buik,
zo leeg dat ze bij het omkantelen niet eens meer huilt,
zelfs helemaal niets meer van zich laat horen,
ze tilt enkel nog één ooglid op,
het lijkt alsof ze even knipoogt
en een geheim – wie weet over het leven – te vertellen heeft,
maar jij slaat als antwoord
je dokterstas open
en luistert met de stethoscoop naar haar hartslag,
en je dient haar een spuitje toe,
in de bovenarm die aan de heup vastzit –
je dient het haar toe en je voelt
hoe ze tot rust komt,
en jij komt ook tot rust,
je begrijpt dat zo’n pop je lyriek moet zijn,
met haar haar in de war
in een jurk die vol kersenjam zit,
met een oog dat uit de kas is gevallen,
een leeggelopen buik en
armen en benen op de verkeerde plaats.
Zo’n pop moet je lyriek zijn,
zolang je je inlaat met
liefde,
spuitjes,
poppen,
het spelen met poppen.
© 2007, Ingrid Degraeve
From: pankari tsasji (‘Pencil in the Air ’)
From: pankari tsasji (‘Pencil in the Air ’)
LYRICISM
Your lyricism is like a doll,You take its dress off and put it on, you comb it,
You hold it in one hand and turn it upside down
To make it shut its eyes,
And with the fingers of the other hand you take hold of its curled eyelashes
And make it open one of its eyes,
Which looks coldly
And has no definite colour –
You make it open, make it close
And you close it and open it again.
You get bored with it and you put it down facing you
On the table,
So that, as before, it can look at you
With its eyes wide open,
But you have ripped off its limbs
And fixed arms where there should be legs,
And legs, where there should be arms.
Yes, your lyricism is one of these dolls
With an upset stomach,
So upset that,
When you turn it upside down,
It can’t make another sound,
Let alone cry.
It only raises a single eyelid,
As if it is winking, and
Knows some secret – perhaps of life?
But you open your medicine chest
In response,
And you test its heart with a phonendoscope,
And give it an injection
In the place where the thigh joins the shoulder –
You inject it and feel
It calming down,
And yourself calming down,
For you realise,
Your lyricism must be this sort of doll
With its hair ruffled and
Sticky with morello cherry jam,
Wearing a dress,
With one eye knocked out,
With an upset stomach and
Arms and legs mixed up.
This sort of doll must be your lyricism,
Until you give up
Love,
Injections,
Dolls…
Playing with dolls.
© 2007, Donald Rayfield
Sponsors
Partners
LantarenVenster – Verhalenhuis Belvédère