Dichter
Hans Sleutelaar
Hans Sleutelaar
(Nederland, 1935 - 2020)
© VPRO Gids
Biografie
Twee dichtbundels verschenen er van Hans Sleutelaar (Rotterdam, 1935), met een tussenpauze van 25 jaar. Niet omvangrijk en de eerste ervan, Schaars licht, pas in 1979 en de tweede, Vermiste stad in 2004.Dat hij zo invloedrijk is, is niet te danken aan die twee bundels. Zijn eenregelige gedicht – ‘Wollt Ihr die totale Poesie?’ – heeft al meer invloed gehad en het typeert ook heel duidelijk de kracht van Sleutelaar: het is kort, scherp, heeft beladen associaties en het lijkt niet op een gedicht. Het ‘Gedicht’ is uit 1965 is meteen het enige bekende gedicht van Sleutelaaren met zo’n bescheiden oeuvre doemt de vraag op waarom hij dan toch zo’n belangrijke figuur is geweest.
Veel gedichten schreef hij misschien niet, maar zoals hij tegen Martin Bril zei, hij was ‘op een andere manier betrokken bij wat er gaande was. Als gangmaker, organisator, propagandist’. En is waar,wat hij schreef over beeldende kunst en poëzie, getuigde van een scherp inzicht in de strategieën van kunst- en literatuurgeschiedenis. In een tijd waarin het idee dat je een gedicht gewoon goed moest lezen om het te begrijpen, stelde Sleutelaar vast dat ‘geen enkele (artistieke) waarheid gekend kan worden buiten de actuele fase in het historisch proces, die de werkelijkheid vormt om’.
Misschien daarom bundelde hij lang niet al zijn gedichten in Schaars licht en wat hij wel opnam, werd soms zo grondig herzien dat de oorspronkelijke teksten nauwelijks te herkennen zijn. Typerend is het gedicht ‘Cool Blues’ dat oorspronkelijk uit 1958 stamt.
koud zijn mijn dromen van dood en van leven
koud en onvertaalbaar doodt de tijd de tijd
koud zijn de woorden – en levensgevaarlijk
koud en onvertaalbaar doodt de tijd de tijd
koud zijn de woorden – en levensgevaarlijk
In 1958 gebruikte hij nog het woord ‘koel’ voor koud, en verder verdwijnen strofen met hemel, hel, de zon, ‘woedende lippen’ en ‘wolken kussen’ – kortom, alle enigszins traditioneel aandoende metaforen zijn geschrapt. Drie regels zijn er nog over, waarin grote begrippen zonder enige omhaal worden gepresenteerd. De oorspronkelijke versie is nauwelijks los te zien van de literair-historische context. In de jaren vijftig had een gedicht een andere functie en waren er dus andere woorden nodig.
In Vermiste stad hoeft Sleutelaar niets meer te bewijzen – literair-historisch gebeurt er niet veel meer, en zo schrijft hij sterke gedichten zonder veel pretentie die technisch even ongedwongen als af zijn. Sleutelaar schrijft nu poëzie zoals dat hoort maar zoals dat in de jaren zestig niet mocht omdat de werkelijkheid zélf al interessant genoeg was. ‘Als ’t maar lang genoeg duurt, wordt de avant-garde een conventie op zichzelf,’ aldus Sleutelaar. Het verklaart waarom Sleutelaars ideeën zijn poëzie zo ver vooruit waren.
Hans Sleutelaar, die de aan de ziekte van Parkinson leed, overleed in juni 2020 op 84 jarige leeftijd.
© Bertram Mourits (Translated by Mia You)
BibliografiePoëzie
Schaars licht, De Bezige Bij, Amsterdam, 1979
Vermiste stad: Rotterdamse kwatrijnen, De Bezige Bij, Amsterdam, 2004
Wollt ihr die totale Poesie?, De Bezige Bij, Amsterdam, 2015
Sprookjes (met Eelke de Jong)
Sprookjes van de Lage Landen, geïllustreerd door Peter Vos, 1972
De onbekende lotgevallen van Klein Duimpje en Hans & Grietje. Sprookjes uit de Nederlandse overlevering, 1973
Nieuwe sprookjes van de Lage Landen, 1974
Alle sprookjes van de Lage Landen, 1985
Gedichten
Gedichten van Hans Sleutelaar
Sponsors
Partners
LantarenVenster – Verhalenhuis Belvédère