Poetry International Poetry International
Gedicht

Anneke Brassinga

TO GOD

God almighty, I’d be well shot of you.
I love you not, nor do I love the word,
the now made flesh, well-kneaded, tender-simmered
meatball of fair poetry. All that would claim to truth
and fain be worshipped I’ll refute

until my tongue be parched. For I’m a wordwright,
I work holes and fissures tight, hammer bulkheads
against fate’s lightning strikes, sink nails
where your thunder threatens, and curse the wiles
of the deadly serpent that you send, oh God.

I shall stand there, face to face
when your dark mirror breaks; but as David
with his slingstone. As long as I last I’ll protect
my heart, the shaky stronghold at the ravine you are
so wondrously creating – by scoops of your hand.

I mark off world, resist all higher power
and thieving urge: you filch the dear lives constantly
of all those dear to me and those with whom I like to share
the rage at leaving, the taste of which you’ve put
way back in the first kiss – your death, your ash, your soot.

TOT GOD

TOT GOD

God allemachtig, je kan me gestolen worden.
’k Heb jou niet lief en evenmin bemin ik het woord,
het vlees geworden, ferm gekneed en gaargestoofd
gehakt der schone poëzij. Al wat zich waarheid waant
en wil aanbeden, zal ik weerspreken

tot mijn tong verdroogt. Want ik ben dichter,
timmer gaten dicht en kieren, hamer schotten
tegen blikseminslag van het lot, sla spijkers
waar jouw donder dreigt, en vloek het gluipen
van de gifslang die jij zendt, o god.

Ik zal er staan, van aangezicht tot aangezicht
wanneer je duistre spiegel breekt; maar als David
met zijn slingersteen. Zolang ik duur, hoed ik
mijn hart, het wankel fort aan het ravijn dat jij
zo wonder schept – door slagen van je hand.

Ik baken wereld af, verweer me tegen overmacht
en roverlust: jij ratst gestaag de lieve levens
van wie mij lief zijn en met wie ik delen mag
de razernij om afscheid dat jij ons proeven doet
al in de eerste kus – jouw dood, jouw as, jouw roet.
Close

TOT GOD

God allemachtig, je kan me gestolen worden.
’k Heb jou niet lief en evenmin bemin ik het woord,
het vlees geworden, ferm gekneed en gaargestoofd
gehakt der schone poëzij. Al wat zich waarheid waant
en wil aanbeden, zal ik weerspreken

tot mijn tong verdroogt. Want ik ben dichter,
timmer gaten dicht en kieren, hamer schotten
tegen blikseminslag van het lot, sla spijkers
waar jouw donder dreigt, en vloek het gluipen
van de gifslang die jij zendt, o god.

Ik zal er staan, van aangezicht tot aangezicht
wanneer je duistre spiegel breekt; maar als David
met zijn slingersteen. Zolang ik duur, hoed ik
mijn hart, het wankel fort aan het ravijn dat jij
zo wonder schept – door slagen van je hand.

Ik baken wereld af, verweer me tegen overmacht
en roverlust: jij ratst gestaag de lieve levens
van wie mij lief zijn en met wie ik delen mag
de razernij om afscheid dat jij ons proeven doet
al in de eerste kus – jouw dood, jouw as, jouw roet.

TO GOD

God almighty, I’d be well shot of you.
I love you not, nor do I love the word,
the now made flesh, well-kneaded, tender-simmered
meatball of fair poetry. All that would claim to truth
and fain be worshipped I’ll refute

until my tongue be parched. For I’m a wordwright,
I work holes and fissures tight, hammer bulkheads
against fate’s lightning strikes, sink nails
where your thunder threatens, and curse the wiles
of the deadly serpent that you send, oh God.

I shall stand there, face to face
when your dark mirror breaks; but as David
with his slingstone. As long as I last I’ll protect
my heart, the shaky stronghold at the ravine you are
so wondrously creating – by scoops of your hand.

I mark off world, resist all higher power
and thieving urge: you filch the dear lives constantly
of all those dear to me and those with whom I like to share
the rage at leaving, the taste of which you’ve put
way back in the first kiss – your death, your ash, your soot.
Sponsors
Gemeente Rotterdam
Nederlands Letterenfonds
Stichting Van Beuningen Peterich-fonds
Prins Bernhard cultuurfonds
Lira fonds
Versopolis
J.E. Jurriaanse
Gefinancierd door de Europese Unie
Elise Mathilde Fonds
Stichting Verzameling van Wijngaarden-Boot
Veerhuis
VDM
Partners
LantarenVenster – Verhalenhuis Belvédère