Gedicht
Anne Vegter
ISLAND MOUNTAIN GLACIER (excerpt)
IEven when you wake up over a death zone and you strap your kids in tight as belts: let me
take a look out the window see how bad, you can’t see anything because it’s a bird’s-eye-war.
Even when a target waves at you from the ground after all and you long for pale stars
on that tiny brow, you taxi across the training ground of your grimaces and play every role.
Even when you walk up to the kids naked and say Schuld you know what Schuld means that you
did nothing but confess and you relinquish your skin, strip after strip, because it’s a bird’s-eye-war.
II
Even when her shaft contracts and tameabilty escapes her red welding, she fans
the fire that heats the system through and her brille dissolves to a yes! optimism, she stalls.
Even when her XXL-lucky size emerges above ground ‘like a dead miner’ (I first count
my women, then my days), she remembers the small methods of his hands.
Even when this happens to her and the ear is torn too bad like paper from her head
she crushes optimism like bouncy balls über her axles and conquers her breathing.
III
Even when I fail to grasp the breath-taking in your opinion and my mouth mimics
the sound of breaking stone but not precise enough, too fine, startled, new, you fuck me.
Even when I fail to recognise the fickle meaning of the letter l (leitmotiv, layman,
long stay parking) and I say lava to your salvo and or lover, it is only the l, you fuck me.
Even when I drop my Job’s-grievance and you look up from your molehill with
the uncertain eyes of ‘so who can turn this street engulfing mud slide’, you fuck me.
Even when someone rises up in me and lifts your sentences from our Procrustean bed and you
stammer ‘pleasure heals but what was whole heals not’ etc, you fuck me even when that’s me.
Even when I, in this minute of my kingdom, in this household of seasons (jan steen), in this
temple (breath), leave it all to you (here sweetie, for you) I turn your thin meat into a spectacle.
Even when I touch the recollection of your hips, your hands tiger my uh-huh parts
ingest me (tongue chest mouth) and I read my gape from your lips or should that be gave.
VII
Even when you place your powers above a law for love and it’s me who takes your
workmanship so that the same blossoms in my hands, I want how you hold back.
Even when you oblige yourself to me and beget the omnipotent once more and you say
‘you remain unspoilt by what turns love into a product’, I want how you hold back.
Even when you subject yourself to my shame and I run away from you through a landscape
‘nobody will ever expect a postcard from this place’, I want how you hear me.
VIII
Even when you flex your smallest joints in the unfolding of your scream, you are
your shape’s positive and what distorts the sheets, shy one, is the self-tonguing child.
Even when you scrape a final atom from your skin, you’d like to be a there there dodo
as the last heart (island), as the last mountain (belly) or simply fabulous as a cunt (glacier).
© Translation: 2013, Astrid Alben
EILAND BERG GLETSJER (fragment)
EILAND BERG GLETSJER (fragment)
IOok als je wakker wordt boven een sterfgebied en je gespt kinderen vast als gordels: laat mij
eens door een raam kijken of het daar erg is, zie je er niets van want het is eendiepteoorlog.
Ook als een doelwit vanaf de grond toch naar je zwaait en je verlangt naar bleke sterren
op zo'n voorhoofdje, taxie je over het oefenveldje van je grimassen en je speelt elk karakter.
Ook als je naakt naar de kinderen loopt en guilty zegt guilty dat woord kennen jullie toch dat je
niets gedaan hebt maar bekent en je geeft je huid, reep na reep, want het is een diepteoorlog.
II
Ook als haar schacht krimpt en tembaarheid ontsnapt haaar rode lassen, wakkert ze
vuur aan dat het stelsel doorwarmt en haar brille ontstolt tot ja! optimisme, stokt ze.
Ook als haar XXL-geluksmaatje boven de grond komt ‘als een dode kompel’ (eerst tel ik
mijn vrouwen, daarna mijn dagen) weet ze weer de kleine methoden van zijn handen.
Ook als haar dit gebeurt en het oor scheurt jammer als papier van het hoofd tremt ze
het optimisme als stuiterballen all over haar assen en verovert ze hoe ze ademt.
III
Ook als ik het ontzagwekkende volgens jou niet begrijp en mijn mond imiteert
het geluid van brekende steen niet precies genoeg, te fijn, verschrikt, nieuw, neuk je me.
Ook als ik de veranderlijke betekenis van de letter l niet herken (leidmotief, leek,
langparkeerder) en ik zeg lava op je salvo en of liefste het is de l maar, neuk je me.
Ook als ik mijn jobsklacht laat en jij kijkt op vanaf je molshoop met de onzekere blik
van 'wie kan die stratenmeeslepende moddervloed dan keren', neuk je me.
Ook als iemand in me opstaat en jouw zinnen van ons procrustesbed licht en je
genot heelt maar niet wat heel was heelt’ enzo stamelt, neuk je me ook als ik die ben.
Ook als ik alles in deze minuut van mijn koninkrijk, in dit huishouden van seizoenen (jan steen),
in deze tempel (adem), aan je laat (hier schatje, voor jou) breng ik je dunne vlees tot een spektakel.
Ook als ik het geheugen van je heupen raak tijgeren je handen over mijn eh gebieden
neem me in (tong borst mond) en ik lees mijn have van je lippen of moest ik lezen gave.
VII
Ook als je de kracht van je kunnen boven een wet voor liefde stelt en ik ben die die
je maaksel neemt opdat hetzelfde in mijn handen uitgroeit, wil ik hoe je je inhoudt.
Ook als je je tot me verplicht en het nietsontziende nog eens voortbrengt en je zegt
aan jou bederft niet wat liefde tot een product maakt, wil ik hoe je je inhoudt.
Ook als je je onderwerpt aan mijn schaamte en ik ren van je weg door een landschap
'uit dit oord zal niemand een kaartje verwachten', wil ik hoe je me hoort.
VIII
Ook als jij je uiterste gewrichten buigt in het openplooien van je schreeuwen, ben je
het positief van je vorm en wat kromt in lakens, verlegene, is het zelftongende kind.
Ook als jij ‘n laatste atoom van je lichaam schraapt, zou je oplevend dood willen zijn
als laatste hart (eiland), als laatste berg (buik) of gewoon schitterend als kut (gletsjer).
© 2011, Anne Vegter
From: Eiland berg gletsjer
Publisher: Querido, Amsterdam
From: Eiland berg gletsjer
Publisher: Querido, Amsterdam
Gedichten
Gedichten van Anne Vegter
Close
EILAND BERG GLETSJER (fragment)
IOok als je wakker wordt boven een sterfgebied en je gespt kinderen vast als gordels: laat mij
eens door een raam kijken of het daar erg is, zie je er niets van want het is eendiepteoorlog.
Ook als een doelwit vanaf de grond toch naar je zwaait en je verlangt naar bleke sterren
op zo'n voorhoofdje, taxie je over het oefenveldje van je grimassen en je speelt elk karakter.
Ook als je naakt naar de kinderen loopt en guilty zegt guilty dat woord kennen jullie toch dat je
niets gedaan hebt maar bekent en je geeft je huid, reep na reep, want het is een diepteoorlog.
II
Ook als haar schacht krimpt en tembaarheid ontsnapt haaar rode lassen, wakkert ze
vuur aan dat het stelsel doorwarmt en haar brille ontstolt tot ja! optimisme, stokt ze.
Ook als haar XXL-geluksmaatje boven de grond komt ‘als een dode kompel’ (eerst tel ik
mijn vrouwen, daarna mijn dagen) weet ze weer de kleine methoden van zijn handen.
Ook als haar dit gebeurt en het oor scheurt jammer als papier van het hoofd tremt ze
het optimisme als stuiterballen all over haar assen en verovert ze hoe ze ademt.
III
Ook als ik het ontzagwekkende volgens jou niet begrijp en mijn mond imiteert
het geluid van brekende steen niet precies genoeg, te fijn, verschrikt, nieuw, neuk je me.
Ook als ik de veranderlijke betekenis van de letter l niet herken (leidmotief, leek,
langparkeerder) en ik zeg lava op je salvo en of liefste het is de l maar, neuk je me.
Ook als ik mijn jobsklacht laat en jij kijkt op vanaf je molshoop met de onzekere blik
van 'wie kan die stratenmeeslepende moddervloed dan keren', neuk je me.
Ook als iemand in me opstaat en jouw zinnen van ons procrustesbed licht en je
genot heelt maar niet wat heel was heelt’ enzo stamelt, neuk je me ook als ik die ben.
Ook als ik alles in deze minuut van mijn koninkrijk, in dit huishouden van seizoenen (jan steen),
in deze tempel (adem), aan je laat (hier schatje, voor jou) breng ik je dunne vlees tot een spektakel.
Ook als ik het geheugen van je heupen raak tijgeren je handen over mijn eh gebieden
neem me in (tong borst mond) en ik lees mijn have van je lippen of moest ik lezen gave.
VII
Ook als je de kracht van je kunnen boven een wet voor liefde stelt en ik ben die die
je maaksel neemt opdat hetzelfde in mijn handen uitgroeit, wil ik hoe je je inhoudt.
Ook als je je tot me verplicht en het nietsontziende nog eens voortbrengt en je zegt
aan jou bederft niet wat liefde tot een product maakt, wil ik hoe je je inhoudt.
Ook als je je onderwerpt aan mijn schaamte en ik ren van je weg door een landschap
'uit dit oord zal niemand een kaartje verwachten', wil ik hoe je me hoort.
VIII
Ook als jij je uiterste gewrichten buigt in het openplooien van je schreeuwen, ben je
het positief van je vorm en wat kromt in lakens, verlegene, is het zelftongende kind.
Ook als jij ‘n laatste atoom van je lichaam schraapt, zou je oplevend dood willen zijn
als laatste hart (eiland), als laatste berg (buik) of gewoon schitterend als kut (gletsjer).
© 2011, Anne Vegter
From: Eiland berg gletsjer
Publisher: 2011, Querido, Amsterdam
From: Eiland berg gletsjer
Publisher: 2011, Querido, Amsterdam
ISLAND MOUNTAIN GLACIER (excerpt)
IEven when you wake up over a death zone and you strap your kids in tight as belts: let me
take a look out the window see how bad, you can’t see anything because it’s a bird’s-eye-war.
Even when a target waves at you from the ground after all and you long for pale stars
on that tiny brow, you taxi across the training ground of your grimaces and play every role.
Even when you walk up to the kids naked and say Schuld you know what Schuld means that you
did nothing but confess and you relinquish your skin, strip after strip, because it’s a bird’s-eye-war.
II
Even when her shaft contracts and tameabilty escapes her red welding, she fans
the fire that heats the system through and her brille dissolves to a yes! optimism, she stalls.
Even when her XXL-lucky size emerges above ground ‘like a dead miner’ (I first count
my women, then my days), she remembers the small methods of his hands.
Even when this happens to her and the ear is torn too bad like paper from her head
she crushes optimism like bouncy balls über her axles and conquers her breathing.
III
Even when I fail to grasp the breath-taking in your opinion and my mouth mimics
the sound of breaking stone but not precise enough, too fine, startled, new, you fuck me.
Even when I fail to recognise the fickle meaning of the letter l (leitmotiv, layman,
long stay parking) and I say lava to your salvo and or lover, it is only the l, you fuck me.
Even when I drop my Job’s-grievance and you look up from your molehill with
the uncertain eyes of ‘so who can turn this street engulfing mud slide’, you fuck me.
Even when someone rises up in me and lifts your sentences from our Procrustean bed and you
stammer ‘pleasure heals but what was whole heals not’ etc, you fuck me even when that’s me.
Even when I, in this minute of my kingdom, in this household of seasons (jan steen), in this
temple (breath), leave it all to you (here sweetie, for you) I turn your thin meat into a spectacle.
Even when I touch the recollection of your hips, your hands tiger my uh-huh parts
ingest me (tongue chest mouth) and I read my gape from your lips or should that be gave.
VII
Even when you place your powers above a law for love and it’s me who takes your
workmanship so that the same blossoms in my hands, I want how you hold back.
Even when you oblige yourself to me and beget the omnipotent once more and you say
‘you remain unspoilt by what turns love into a product’, I want how you hold back.
Even when you subject yourself to my shame and I run away from you through a landscape
‘nobody will ever expect a postcard from this place’, I want how you hear me.
VIII
Even when you flex your smallest joints in the unfolding of your scream, you are
your shape’s positive and what distorts the sheets, shy one, is the self-tonguing child.
Even when you scrape a final atom from your skin, you’d like to be a there there dodo
as the last heart (island), as the last mountain (belly) or simply fabulous as a cunt (glacier).
© 2013, Astrid Alben
Sponsors
Partners
LantarenVenster – Verhalenhuis Belvédère