Gedicht
Kofi Awoonor
THE FIRST CIRCLE
DE EERSTE CIRCEL
1.de platte kant van verdriet hier
twee kraaien die vechten om de restjes van ’t Nieuwjaarsfeest.
Vanuit mijn cel, zie ik een koude
harde wereld.
2.
Dit is dus het abces waar
de natie aan lijdt –
gevangenissen, martelen, bloed
en honger
Eens zal ’t barsten
het moet barsten.
3.
Toen ik hoorde dat je gepakt was
speculeerden wij, diegenen van ons op vrije voeten
waar je zou kunnen zijn
in welke nachtmerrie zul jij de ster zijn?
Die nacht hoorde ik het gekerm
me afvragend wie z’n kind er nu
verdwaald zou zijn in de kelders van onderdrukking.
Toen kwam jij tevoorschijn, groot, en bloed in je ogen.
Het was de eerste keer dat
ik huilde
4.
De lange nachten vrees ik ’t meest
de stemmen vanachter de tralies
de vroege gloed van de dageraad voor-
dat de voetstappen van de bewaker me wakker maken,
het verlangen om op te springen
en me uit te spreiden
en gaap met ’t vooruitzicht
van alweer een donkere thuiskomst
om dan tot de ontdekking te komen
dat ik dat niet anders kan
met de auto de stad binnenrijdend
tussen ze in geklemd
hun geweren me in de ribben porrend
ik heb nooit geweten dat mijn volk
zulke droevige gezichten droeg, zo droevig
waren ze die Nieuwjaarsavond,
zo uiterst droevig.
© Vertaling: 1981, Harry Hoogstraten
THE FIRST CIRCLE
1.the flat end of sorrow here
two crows fighting over New Year’s Party
leftovers. From my cell, I see a cold
hard world.
2.
So this is the abcess that
hurts the nation –
jails, torture, blood
and hunger.
One day it will burst;
it must burst.
3.
When I heard you were taken we
speculated, those of us at large
where you would be
in what nightmare will you star?
That night I heard the moans
wondering whose child could now
be lost in the cellars of oppression.
Then you emerged, tall, and bloody-eyed.
It was the first time
I wept.
4.
The long nights I dread most
the voices from behind the bars
the early glow of dawn before
the guard’s steps wake me up,
the desire to leap and stretch
and yawn in anticipation
of another dark home-coming day
only to find that
I cannot.
riding the car into town,
hemmed in between them
their guns poking me in the ribs,
I never had known that my people
wore such sad faces, so sad
they were on New Year’s Eve,
so very sad.
© 1981, Kofi Awoonor
Gedichten
Gedichten van Kofi Awoonor
Close
DE EERSTE CIRCEL
1.de platte kant van verdriet hier
twee kraaien die vechten om de restjes van ’t Nieuwjaarsfeest.
Vanuit mijn cel, zie ik een koude
harde wereld.
2.
Dit is dus het abces waar
de natie aan lijdt –
gevangenissen, martelen, bloed
en honger
Eens zal ’t barsten
het moet barsten.
3.
Toen ik hoorde dat je gepakt was
speculeerden wij, diegenen van ons op vrije voeten
waar je zou kunnen zijn
in welke nachtmerrie zul jij de ster zijn?
Die nacht hoorde ik het gekerm
me afvragend wie z’n kind er nu
verdwaald zou zijn in de kelders van onderdrukking.
Toen kwam jij tevoorschijn, groot, en bloed in je ogen.
Het was de eerste keer dat
ik huilde
4.
De lange nachten vrees ik ’t meest
de stemmen vanachter de tralies
de vroege gloed van de dageraad voor-
dat de voetstappen van de bewaker me wakker maken,
het verlangen om op te springen
en me uit te spreiden
en gaap met ’t vooruitzicht
van alweer een donkere thuiskomst
om dan tot de ontdekking te komen
dat ik dat niet anders kan
met de auto de stad binnenrijdend
tussen ze in geklemd
hun geweren me in de ribben porrend
ik heb nooit geweten dat mijn volk
zulke droevige gezichten droeg, zo droevig
waren ze die Nieuwjaarsavond,
zo uiterst droevig.
© 1981, Harry Hoogstraten
THE FIRST CIRCLE
Sponsors
Partners
LantarenVenster – Verhalenhuis Belvédère