Gedicht
Philippe Beck
Snow
Winter comes down from the snow.Mass of ancient snow.
Slowly warmed up.
It is a white cold.
With its frighteningness.
Beauty at a distance.
Outside, kindling wood
demanding the Life Inside.
Sledge carries the wood.
Operated.
Leisure polishes
rose bud
or double surface of the game,
and the bridge of memory
of childhood silences.
Future toy is rounded.
The Impossibility Toy.
It plunges into the harshness.
Towards house.
Poor man’s toy
in the land of constant snow.
Does lastingness of snow
deserve commentary?
Sledge bears useful fire fuel.
Before stoneware lamp.
Matter heats matter.
It throws out light.
Wood and iron sledge the wood.
S. needed in hard life.
Cold halts outside,
along with Clarity
sometimes.
A man makes an intermediate fire.
In the hard dry air.
Man clears the snow
on path.
Does he contest the snow?
Underneath is a golden key.
Like under the field in spring?
The keyhole is distant in appearance.
There is only a key in winter.
Man burrows into the earth.
There is an iron casket.
Miniature mountain.
Keyhole is hard to see.
Eyes must work hard.
Keyhole is hidden in one side.
The key likes the side.
Infinite key turning
underway.
Human finds the way
of turning the key.
A winter seeking.
Summer forgetful of the key?
And the wind severe?
Personal Pronoun is inside.
Is it someone or the key?
Tale is the infinite keyhole
now.
Whence its upkeep.
after ‘The Golden Key’
© Translation: 2008, Stephen Romer
SNEEUW
Winter laat sneeuw vallen.Aloude sneeuwmassa.
Ze wordt langzaam opgewarmd.
Het is een koud wit.
Met de vreselijkheden.
Mooi van ver.
Buiten, door het Leven Binnen
gewenst brandhout.
Slee draagt het hout.
In werking gesteld.
Vrije tijd schuurt
rozenknop
of dubbel oppervlak in het spel,
en de brug van de herinnering
van kinderstiltes.
Toekomstig speelgoed is gekromd.
De Onmogelijkheid Speelgoed.
Hij vordert in hardheden.
Naar huis.
Speeltje van de arme
in het land van de altijddurende sneeuw.
Vraagt duurzaamheid van de sneeuw
om kritiek?
Slee draagt nuttige brandstof.
Nuttiger dan steenolie.
Materie warmt materie.
Ze verlicht.
Hout en ijzer sleeën het hout.
S. is een behoefte in harde leven.
Koude stopt buiten
waar Helderheid soms
doorgaat.
Een man maakt een tijdelijk vuurtje.
In de droge en harde lucht.
Man veegt onderweg
sneeuw weg.
Is dat een kritiek op de sneeuw?
Eronder is een gouden sleuteltje.
Als onder het veld in de lente?
Het sleutelgat is veraf in de verschijning.
Het is een eenzaam sleuteltje in de winter.
Man graaft in grond.
Er is een ijzeren kistje.
Berg in het klein.
Sleutelgat is moeilijk te zien.
Ogen moeten zich inspannen.
Sleutelgat is discreet aan een kant.
De sleutel houdt van de kant.
Eindeloze draai in slot
wordt duidelijker.
Her-mens vindt manier
om sleutel te draaien.
Gezoek in de winter.
Doet zomer de sleutel vergeten?
En de strenge wind?
Persoonlijk Voornaamwoord is binnen.
Is hij iemand of de sleutel?
Sprookje is eindeloos sleutelgat
nu.
Vandaar het onderhoud ervan.
naar ‘De gouden sleutel’
© Vertaling: 2008, John Fenoghen
Neige
Hiver descend de la neige.Masse de neige antique.
Elle est réchauffée lentement.
C’est un blanc froid.
Avec les terribilités.
Une beauté à distance.
Dehors, bois de chauffage
que demande la Vie Dedans.
Luge porte le bois.
Actionnée.
Loisir polit
bouton de rose
ou double surface dans le jeu,
et le pont du souvenir
de silences d’enfance.
Futur jouet est courbé.
L’Impossibilité Jouet.
Il avance dans des rudesses.
Vers maison.
Joujou du pauvre
au pays de la neige constante.
Durabilité de la neige
demande une critique?
Luge porte aliment du feu utile.
Avant l’huile de pierre.
Matière chauffe matière.
Elle éclaire.
Bois et fer lugent le bois.
L. est besoin dans vie rude.
Froid arrête dehors,
là où continue Limpidité
parfois.
Un homme fait un feu intermédiaire.
Dans l’air sec et dur.
Homme enlève de la neige
en chemin.
Il critique la neige?
Dessous, il y a une clé d’or.
Comme sous le champ au printemps?
La serrure est loin dans l’apparence.
C’est une clé seule en hiver.
Homme creuse dans de la terre.
Il y a une cassette de fer.
Montagne miniature.
Serrure est dure à voir.
Des yeux doivent s’employer.
Serrure est discrète d’un côté.
La clé aime le côté.
Tour de clé infini
se précise.
Rhumain trouve la manière
de tourner la clé.
Chercherie en hiver.
Été fait oublier la clé?
Et le vent sévère?
Pronom Personnel est dedans.
Il est quelqu’un ou la clé?
Conte est la serrure infinie
maintenant.
D’où son entretien.
d’après ‘La clef d’or’
© 2007, Philippe Beck
From: Chants populaires
Publisher: Éditions Flammarion, Paris
From: Chants populaires
Publisher: Éditions Flammarion, Paris
Gedichten
Gedichten van Philippe Beck
Close
SNEEUW
Winter laat sneeuw vallen.Aloude sneeuwmassa.
Ze wordt langzaam opgewarmd.
Het is een koud wit.
Met de vreselijkheden.
Mooi van ver.
Buiten, door het Leven Binnen
gewenst brandhout.
Slee draagt het hout.
In werking gesteld.
Vrije tijd schuurt
rozenknop
of dubbel oppervlak in het spel,
en de brug van de herinnering
van kinderstiltes.
Toekomstig speelgoed is gekromd.
De Onmogelijkheid Speelgoed.
Hij vordert in hardheden.
Naar huis.
Speeltje van de arme
in het land van de altijddurende sneeuw.
Vraagt duurzaamheid van de sneeuw
om kritiek?
Slee draagt nuttige brandstof.
Nuttiger dan steenolie.
Materie warmt materie.
Ze verlicht.
Hout en ijzer sleeën het hout.
S. is een behoefte in harde leven.
Koude stopt buiten
waar Helderheid soms
doorgaat.
Een man maakt een tijdelijk vuurtje.
In de droge en harde lucht.
Man veegt onderweg
sneeuw weg.
Is dat een kritiek op de sneeuw?
Eronder is een gouden sleuteltje.
Als onder het veld in de lente?
Het sleutelgat is veraf in de verschijning.
Het is een eenzaam sleuteltje in de winter.
Man graaft in grond.
Er is een ijzeren kistje.
Berg in het klein.
Sleutelgat is moeilijk te zien.
Ogen moeten zich inspannen.
Sleutelgat is discreet aan een kant.
De sleutel houdt van de kant.
Eindeloze draai in slot
wordt duidelijker.
Her-mens vindt manier
om sleutel te draaien.
Gezoek in de winter.
Doet zomer de sleutel vergeten?
En de strenge wind?
Persoonlijk Voornaamwoord is binnen.
Is hij iemand of de sleutel?
Sprookje is eindeloos sleutelgat
nu.
Vandaar het onderhoud ervan.
naar ‘De gouden sleutel’
© 2008, John Fenoghen
From: Chants populaires
From: Chants populaires
Snow
Winter comes down from the snow.Mass of ancient snow.
Slowly warmed up.
It is a white cold.
With its frighteningness.
Beauty at a distance.
Outside, kindling wood
demanding the Life Inside.
Sledge carries the wood.
Operated.
Leisure polishes
rose bud
or double surface of the game,
and the bridge of memory
of childhood silences.
Future toy is rounded.
The Impossibility Toy.
It plunges into the harshness.
Towards house.
Poor man’s toy
in the land of constant snow.
Does lastingness of snow
deserve commentary?
Sledge bears useful fire fuel.
Before stoneware lamp.
Matter heats matter.
It throws out light.
Wood and iron sledge the wood.
S. needed in hard life.
Cold halts outside,
along with Clarity
sometimes.
A man makes an intermediate fire.
In the hard dry air.
Man clears the snow
on path.
Does he contest the snow?
Underneath is a golden key.
Like under the field in spring?
The keyhole is distant in appearance.
There is only a key in winter.
Man burrows into the earth.
There is an iron casket.
Miniature mountain.
Keyhole is hard to see.
Eyes must work hard.
Keyhole is hidden in one side.
The key likes the side.
Infinite key turning
underway.
Human finds the way
of turning the key.
A winter seeking.
Summer forgetful of the key?
And the wind severe?
Personal Pronoun is inside.
Is it someone or the key?
Tale is the infinite keyhole
now.
Whence its upkeep.
after ‘The Golden Key’
© 2008, Stephen Romer
Sponsors
Partners
LantarenVenster – Verhalenhuis Belvédère